• Maak de kampeerplek sneeuwvrij (scheelt een hoop gekraak onder je tent).
  • Zorg voor een zware hamer (klauwhamer of vuistje) als de ondergrond bevroren is. Aluminium pennen kunnen verbuigen of breken als het erg koud is. Neem één stalen pen mee om ‘voor te boren’.
  • Sla de haringen niet helemaal de grond in. Bij het afbreken van de tent kun je dan de haringen losslaan door deze er iets dieper in te meppen.
  • Veel kou komt van de grond, zorg daarom voor extra isolatie van het tentgrondzeil.
  • Een zachte borstel is handig om sneeuw van je tent te verwijderen.
  • Kies een ruime binnentent, of met minder mensen, zodat je nooit tegen de binnentent aanligt. Op deze manier blijf je warm en wordt je slaapzak niet nat.