Vegetarisch
Als de (klein)kinderen op bezoek komen …
Ik vond en vind wentelteefjes nog haast lekkerder dan pannenkoeken! En … wentelteefjes lukken altijd, terwijl pannenkoeken nog weleens ‘verfomfaaid’ uit de pan komen (bij mij althans). In dit recept ga ik ervan uit dat de wentelteefjes speciaal als (lunch)maaltijd klaargemaakt worden. Maar het kan in kleinere hoeveelheid ook een heerlijke traktatie zijn voor kinderen of kleinkinderen.
Voor 2 personen:
– 4 sneetjes (oud) witbrood
– 1 ei
– (vloeibare) boter
– 1 zakje vanillesuiker
– 150 cl melk
– wat kaneelpoeder
– 2 appels, bijvoorbeeld elstar
– een flinke hand rozijnen
Laat de rozijnen even wellen. Was de appels en snijd in plakken. (Laat de schil eraan zitten en verwijder de pitten uit de schijven). Strooi een beetje kaneel op de appelschijven. Klop eieren met melk, vanillesuiker en een halve theelepel kaneel los. Leg de sneetjes brood op een bord en schenk het eimengsel erover. Bak intussen in wat boter de schijfjes appel gedurende ten hoogste twee minuten; doe na een minuut de gewelde rozijnen erbij. Bak dan in een koekenpan de wentelteefjes in wat boter aan twee zijden goudbruin en verdeel, zodra je de wentelteefjes omdraait appel/rozijnen erover. Voor ieder twee wentelteefjes speciaal!
Henk Trimbach, 2011
Als een dakpan
Portugese dakpannen werden ooit gevormd op vrouwendijen, zegt men. Ach, je moet de waarheid nooit in de weg laten staan van een goed verhaal. En een schone dij blijkt inderdaad een handig werkoppervlak bij het maken van het decadente broertje van de chapati: de chapati-tosti.
Doe 200 gram bloem en een forse snuf zout in een kom. Kneed de bloem, terwijl je beetje bij beetje water toevoegt (liever te weinig dan te veel), tot een stevige bal die niet meer aan je handen kleeft.
Knijp een stukje deeg ter grootte van een forse walnoot van de bal, bestuif het met bloem, en kneed het op je dij uit tot een klein pannenkoekje, hoe dunner hoe beter. Negeer de verbaasde blikken van je medekampeerders. Laat de chapati op halfhoog vuur garen in een koekenpannetje. In de beroemde aluminium versie met de vierkantjes kan dat zonder olie, in andere pannetjes zul je een klein drupje olie moeten gebruiken.
Draai de chapati om, leg op één helft wat ringetjes bosui en dunne plakjes kaas, klap ‘m dubbel en laat de buitenkanten garen en de kaas smelten. Geef de chapati-tosti aan je hongerige tentgenoot.
Herhaal bovenstaand ritueel tot alle deeg op is. Probeer jouw deel van de koek tussen het bakken door op te eten, want warm zijn ze het lekkerst.
Gert-Jan Kooren, 2015
Arroz a la cubana
Een heel eenvoudig, oorspronkelijk Cubaans gerecht. Ik heb het in Peru gegeten en mijn gastvrouw vertelde me dat het gerecht in heel Zuid-Amerika populair is. Misschien moet je even naar een toko (of een goede groenteman) voor de bakbanaantjes; in Peru heten die platanos. Overigens, ook de Surinamers gebruiken vaak bakbananen.
Voor 2 personen:
Kook 140 gram rijst en houd die warm (bijvoorbeeld in een slaapzak). Snijd 2 of 4 gepelde bakbanaantjes overlangs in tweeën. Bak de banaantjes om en om enkele minuutjes in een klein beetje olie. Voeg op het laatst een klein beetje ketjap manis of oestersaus toe en wentel de banaantjes daar nog even doorheen. Bak 2 spiegeleieren. Verdeel de rijst over twee borden, leg de gebakken banaantjes daarop en de spiegeleieren weer boven op de bananen. Beetje zout en peper erover en de arroz a la cubana is klaar!
Henk Trimbach, 2014
Avondvruchten
Een doorgewinterde kampeerder kampeert ook in de winter door. Maar doorgewinterd als-ie is gaat-ie geen yoghurt met fruit en muesli zitten eten als bij het opstaan de rijp nog op het gras ligt. Nee, dan wil-ie ontbijten met brood en grote bekers hete thee. Het dagelijkse fruit moet dan maar ’s avonds. In een snelle hap, want het is al vroeg donker.
Hak 1 grote ui, 1 rode Spaanse peper en 2 teentjes knoflook fijn, en fruit ze in een beetje (olijf)olie glazig.
Voeg 1 blikje tomatenpuree en een klein scheutje water (of rode wijn) toe en roer alles even om. Doe er 100 gr sterk smakende zwarte olijven bij. Griekse kalamata, bijvoorbeeld, of van die rimpelige uit Marokko.
Snijd 2 stevige appels in dobbelstenen, roer ze door de saus en breng het geheel op smaak met wat zout.
Dien op zodra de appels warm zijn; ze mogen wel iets zachter worden, maar niet stuk koken.
Lekker met linzen of rijst. Of stuur je lief eropuit om patat te halen bij de snackbar in het dorp. Een doorgewinterd kampeerder maakt immers gebruik van wat de omgeving hem biedt.
Gert-Jan Kooren, 2020
Bietensoep
Op familiebijeenkomsten worden vaak oude geschiedenissen in een nieuw jasje gepresenteerd. Bijvoorbeeld: uitglijden op een bergpad wordt: bijna gestort in een ravijn. Zo ook met mijn eerste kookexperimenten, jaren geleden. Voor de zoons had ik borsjtsj gemaakt. Een Russische dan wel Poolse bietensoep. Ik vond `m ook niet die smaak hebben die ik zelf had verwacht, maar zo extreem smerig als er wordt verteld, nee … Alsof ik mijn zoons het onderste uit een beerput had voorgezet. Maar een leuk verhaal dat het is, om vader in de … te zetten! Déze bietensoep smaakt uitstekend, niet alleen omdat ik dat zelf vind, maar ook mijn vrouw en een onverwachte mee-eter vonden het een smakelijke soep. Voor herhaling vatbaar. Thuis heb ik de soep gemaakt alsof ik aan het kamperen ben, dus niet: pureer de soep en…. zoals de suggestie was. (Aggregaten en pureermachines laat ik altijd thuis.)
Voor 2 personen:
– 2 rode bieten (gekookt of niet, dat maakt niet uit)
– ½ liter groentebouillon
– scheutje (olijf-)olie
– 2 teentjes knoflook
– 1 goudreinet
– 2 kleine aardappelen
– ½ bekertje crème fraîche
– zout/peper en peterselie of koriander
– een stokbrood of zo’n Turks brood
Bieten schillen en alle ingrediënten zo klein mogelijk maken, je omzeilt dan het pureren. (Bij verse bieten worden de stukjes iets minder zacht dan bij gekookte bieten.) Olie in de pan en de knoflook fruiten tot gelig. Fijngesneden bieten erbij doen en een paar minuten meebakken. Daarna de aardappels, appel en bouillon erbij. Zacht laten koken. Hoe langer je kookt, hoe minder je je tanden en kiezen nodig hebt. Wanneer bieten de gewenste zachtheid hebben, de pan van het vuur af (op het plankje om het gras te sparen) en de crème fraîche erbij doen. Goed doorroeren. De peterselie of koriander even wassen en daarna fijn snijden en over de soep strooien. Met het stokbrood of Turks brood een heerlijke maaltijd. De beerput? Die komt pas uuuuuren later in zicht.
Jean-Pierre Bylard, 2003
Boven het kampvuur geroosterde knoflook
Snijd van een bolletje knoflook het kapje af. Wikkel het bolletje met velletjes en al in aluminiumfolie en leg dit in de as van het kampvuur.
Laat ongeveer 10 minuten liggen en haal het dan uit het vuur. Als het goed is, is de knoflook nu heel zacht geworden. Knijp het ‘knoflookvlees’ uit de velletjes en voeg een handje fijngesneden peterselie toe. Breng het verder op smaak met zout en peper. Meng alles goed door elkaar. Voeg nu 125 gram roomboter toe en meng het verder tot een smeuïge massa.
Kerf in een afbakstokbrood diepe sneetjes. Pas op! Snijd het niet helemaal door. Smeer in elk sneetje het knoflookmengsel. Wikkel het stokbrood in zijn geheel in aluminiumfolie en leg het in de as van het kampvuur tot dat het bruin is. Dit zal, afhankelijk van de hitte van het vuur, ongeveer 10 minuten duren.
Na 10 minuten heb je een heerlijk stokbroodje met knoflookboter wat bij van alles en nog wat zal smaken.
Anne Wismans, 2019
As simple as that (2)
‘Misschien deze …’ schreef Nance de Lange uit Lekkerkerk me enige tijd geleden. Zij wil graag in korte tijd met weinig ingrediënten een gezonde maaltijd maken en geef haar eens ongelijk … In de vakantie willen we toch allemaal lekker wandelen, fietsen, veel zien en beleven of misschien wel genieten van de zon. Kijk, dat sommige kampeerders dan ook nog wat meer tijd willen ‘vrijmaken’ voor het bereiden van de maaltijd, dat moeten zij (en ik) weten …
Het eerste receptje is van Nance; het tweede ‘een beetje van mij en een beetje van de Italianen (maar dat is ook ‘as simple as that’).
Voor 2 personen:
– 160 gram volkoren macaroni
– 1 stronk broccoli in roosjes (de steel in kleine stukjes snijden)
– een pakje boursin of blauwader kaas
Ruim water aan de kook brengen. De macaroni gaar koken en de broccoliroosjes de laatste 5 minuten meekoken; de stukjes van de steel wat langer. Afgieten en de kaas erdoorheen scheppen.
Voor 2 personen:
– 160 gram spaghetti (of tagliatelle)
– een dikke plak bacon in reepjes gesneden.
– 2 eieren
– (olijf)olie
Baconreepjes krokant bakken. Spaghetti gaar koken in water met zout. Eieren loskloppen. Spaghetti afgieten, scheutje (olijf)olie erbij en meteen losgeklopte eieren erdoor roeren. Zorg dat de spaghetti goed heet blijft. Tenslotte de baconreepjes erdoor roeren.
Jawel, dit is een eenvoudige pasta carbonara. Hij wordt nog lekkerder met rucolasla met olie en (balsamico)azijn; maar dan moet je weer meer ingrediënten gebruiken …
Henk Trimbach, 2007
As simple as that (3)
Er zijn en blijven kampeerders die met zo weinig mogelijk ingrediënten een culinaire hap op hun bordje wensen. Nou, laat me dan ‘culinair’ vervangen door ‘smakelijk en gezond’. Wanneer je net een flinke fiets- of wandeltocht achter de rug hebt mag je voorraad calorieën immers weer wat aangevuld worden.
Voor 2 personen:
– 140 gram rijst
– 1 struik paksoi
– 1 dikke plak gekookte schouder- of achterham (150 gram) in blokjes, of van 2 eieren roerei bakken
– 1 flesje of zakje ‘sweet and sour’ woksaus
Kook de rijst bijna gaar; afgieten en onder de slaapzak na laten garen. Leg de hamblokjes of het roerei op de rijst. Snijd het paksoi-groen van de stelen; snijd de stelen in stukken en was de paksoi. Doe wat olie in een ruime pan en roerbak de paksoistelen 2 minuten op hoog vuur. Voeg de groene bladeren in stukken erbij en bak die 30 seconden mee. De helft van de ‘sweet and sour’ woksaus bij de groenten doen en snel doorwarmen. Schep de groenten met saus door de rijst met ham of roerei.
Voor 2 personen:
– 4 eieren
– 150 gram Noorse garnalen
– 200 gram taugé
– mayonaise
– 4 sneetjes volkorenbrood (of twee flinke volkorenbroodjes)
Bak van de eieren een grote of twee kleine omeletten. Verdeel de garnalen en de taugé over de omelet wanneer die aan de bovenkant nog niet helemaal droog is en laat de omelet verder garen. Bestrooi met wat zout en peper naar smaak. Besmeer het brood met mayonaise en leg er de garnalen-taugé-omelet op.
Allebei de recepten zijn lekker met enkele frisse zoetzure augurken.
Henk Trimbach, 2008
CC-soep voor hitte en herfst
Dit recept staat in het najaars-Buitenspoor. Ik schrijf het echter, vanwege de productietijd van ons aller periodiek, in de allerheetste week van augustus. Daarom een soepje dat lekker verwarmend is bij guur herfstweer, maar ook het zweet fijn losmaakt tijdens een hittegolf.
Rooster 2 handjes zonnebloempitten in een droge pan goudbruin en zet opzij.
Hak 1 grote ui en 3 teentjes knoflook ragfijn, en fruit ze in een stevige scheut olijfolie rustig glazig.
Kerf 1 of 2 courgettes (dik 3 ons) in de lengte om de paar millimeter een stukje in, en snij vervolgens in dunne plakjes.
Doe de courgette(s) bij het uimengsel, samen met 500 ml water en 1 groentebouillonblokje, en laat met een deksel op de pan op laag vuur garen.
Prak de courgetteplakjes met een vork fijn tegen de rand van de pan. Vanwege het eerdere kerven gaat dat makkelijk, maar stop vooral als je geen zin meer hebt. Je bent geen staafmixer.
Roer er het sap van 1 citroen door, en haal eventuele ontsnapte citroenpitjes uit de soep.
Voeg 1 klein blikje kikkererwten (200 g) en 1 volle theelepel tijm toe en warm goed door.
Maak op smaak af met zout en (witte) peper, strooi er de zonnepitten over en dien op met stevig brood.
Gert-Jan Kooren, 2022
Chili con Candy
Een diepe, en licht jaloerse, buiging van ondergetekende voor iedereen die afgelopen februari in de sneeuw gekampeerd heeft: Waarschijnlijk hebben de tentkachel-lozen onder jullie hele snelle maaltijden gekookt. Je wilt immers niet vernikkelen voor het smikkelen.
Onderstaand recept leent zich meer voor dagen waarop de lucht nog wel behoorlijk frisjes is, maar toch al net warm genoeg om de kok voor de tent te kunnen laten kokkerellen zonder dat dit acuut bevriezingsgevaar oplevert.
Hak 1 spaanse peper, 2 uien en 3 tenen knoflook fijn, en snijd 1 winterwortel in kleine blokjes.
Laat dit alles in een forse scheut olijfolie op niet te hoog vuur rustig garen.
Roer er 1 volle theelepel gemalen komijn en 1 klein blikje tomatenpuree doorheen, en voeg vervolgens ook nog 3 fijngehakte mini-marsjes (of 1 gewone mars-reep) en 1 stickje oplos-espresso (of een schepje oploskoffie) toe.
Doe er, als de chocolade gesmolten is, ten slotte 1 blik zwarte bonen bij.
Laat even doorwarmen, en maak op smaak af met zout.
Serveer met rijst. Een frisse salade (zelfgemaakte coleslaw bijvoorbeeld) is er ook lekker bij. Als het daar tenminste niet te koud voor is.
Gert-Jan Kooren, 2021
Chinees in de tent
Al eerder heb ik gezegd dat ik niet origineel ben. Recepten die ik vind, pas ik aan om ze onder de tentluifel te gebruiken. Bijna altijd heb ik het bij me omdat er ook weleens een dag is dat je te laat bent voor de winkels of zoiets dergelijks. Een soort noodrantsoen. Een droge maaltijd, waaraan je alleen water hoeft toe te voegen. In de bekende buitensportzaken zijn dit soort rantsoenen ook te koop, alleen deze is stukken goedkoper. Wat je koopt en niet gebruikt in je noodrantsoen bewaar je thuis, het is droog en blijft dan lang goed. Tenzij je het thuis voor andere toepassingen gebruikt.
Wat moet je doen:
Voor 2 personen meng je
in zakje 1:
– 200 gr snelkook zilvervliesrijst
– 1 eetlepel gedroogde uitjes *)
– 2 eetlepels kerriepoeder *)
– 1 theelepel zout.
in zakje 2:
– 100 gr fijngehakte gedroogde vruchten (bijvoorbeeld appeltjes en abrikozen)
– 10 gr kokos *)
– 5 gr sesamzaad *)
in zakje 3:
– 150 gr pindasaus in poedervorm *)
*) Doe die inkopen bij een oosterse winkel (een toko); dit geldt zeker voor de pindasaus. Die is namelijk veel smakelijker dan uit de potjes of bakjes van bekende … Nee, ik noem geen namen.
Breng een halve liter water aan de kook, leeg daarin zakje 1 en laat dat 10 minuten koken. Doe daarna zakje 2 erbij en laat nog eens 5 minuten doorkoken. Pan toedekken met krant en/of dikke trui en/of handdoek en in de slaapzak. Meng in een ander pannetje 2 dl water met de inhoud van zakje 3 en breng dat al roerend aan de kook.
Tja, vitamine C zit er niet (meer) in, maar misschien heb je nog wat fruit. En vitamine B, zit die niet in bier? Eet smakelijk.
Jean-Pierre Bylard, 2001
Courgette voor culi-kampeerders
Mijn lief en ik hebben iets met courgette. Smakelijk, met van alles te combineren, in gans Europa in de kleinste dorpswinkel te vinden en, zeker niet onbelangrijk, prettig bestand tegen het groente-onvriendelijke klimaat van een fietstas. Een fietsvakantie is pas écht begonnen na het eerste courgette-diner, bijvoorbeeld één met pasta en blauwe kaas. Tip: noem het, met je beste Italiaanse accent, farfalle con gorgonzola e zucchini, en wees de culi-kampioen van het kamp.
Breng ruim, licht gezouten, water aan de kook. Voeg 4 handjes farfalle (of zo) toe en laat een paar minuten doorkoken.
Snipper intussen 1 ui en hak 2 teentjes knoflook fijn. Wikkel de pan met pasta (deksel erop) in een handdoek en sla er een slaapzak omheen.
Fruit ui en knoflook glazig in een scheutje (olijf)olie. Snijd 1 courgette in dunne plakjes, en die plakjes weer in vieren. Voeg toe aan het fruitende mengsel en laat rustig garen. Als de fietstasvoorraad daar mogelijkheden toe biedt, doe er dan vooral ook een scheut witte wijn bij. Voeg 150 gram gorgonzola (of andere zachte blauwe kaas) toe en laat deze door het mengsel heen smelten.
Haal de intussen gaar geworden pasta uit de slaapzak, verdeel over twee borden, schep de saus eroverheen en garneer met een handje verkruimelde walnoten.
Gert-Jan Kooren, 2016
Een ei erbij
De oosterse keuken behoort wel tot mijn favorieten. Vaak is er voor het bereiden van met name Indonesische gerechten veel voorbereidingstijd nodig, maar er zijn ook goede, voedzame oosterse maaltijden waarvoor je niet veel langer dan 20 minuten je brandertje hoeft te gebruiken. Dit eigerecht is er zo een. Zonder vlees, dus ook geschikt voor de vegetariërs onder u.
Voor 2 personen:
– 4 grote eieren
– 1 zakje mix voor nasi (48 gr Conimex)
– vloeibare boter of olie
– 200 gr taugé
– 2 lente-uitjes
– flesje zoete chilisaus
– 120 gram rijst
Kook de rijst bijna gaar en houd die (in een slaapzak) warm. De rijst zal nog nagaren. Gooi het kookwater niet weg. Was de taugé. Snijd de lente-uitjes in kleine stukjes en was die ook. Klop de eieren los en voeg (een gedeelte van) de nasimix en een eetlepel boter of olie toe. Laat de mix enkele minuten wellen. Roer het eimengsel goed door en bak er twee omeletten van. Breng het kookwater nog even aan de kook en doe de taugé er een minuutje in. Rijst op de borden scheppen; omelet erop, vullen met taugé en dichtklappen; chilisaus erop of erbij en lente-uiringetjes erover strooien.
Tips: Uiteraard kan de rijst vervangen worden door brood. Ik heb geen zout en peper gebruikt bij dit gerecht. Vind je het te flauw, gebruik dan liever wat ketjap asin of Japanse ketjap (Kikkoman).
Henk Trimbach, 2007
Een ‘vluggertje’
Dit wordt een bedenkelijk recept, welke gedachten komen bij je op de verschillende termen die je nu gaat lezen? Als je nu eens (te) laat op je gewenste kampeerplekje komt, dan kun hiermee vlug je eetlust bevredigen. Snel nog even naar de super, die zijn tegenwoordig toch nog laat open. Gris, gris, gris en snel betalen. Wat gris je bij elkaar?
Voor 2 personen:
– Bakje champignons of andere paddestoelen
– Twee bouillonblokjes
– Bakje crême fraîche
– Een of twee avocado’s
– Bakje Paturain of Boursin
– De onvermijdelijke peterselie
– Een lekker stuk brood
Laat 1 liter water koken. Voeg dan toe 2 bouillonblokjes toe en bind de bouillon een beetje met bijvoorbeeld bloem. Snij van een bakje champignons de steeltjes af en snij daarna de rest in plakjes. De avocado’s schillen en in blokjes snijden. Doe dat bij de zachtjes kokende soep. Even laten doorkoken. Pan van het vuur halen. Voeg dan de crême fraîche toe en de Paturain of Boursin en klaar is het eten. Strooi vlak voor het opdienen fijngehakte peterselie in de soep.
Jean-Pierre Bylard, 2002
Broodpizza
Een pizza moet toch in de oven bereid worden, en dan ook nog het liefst op houtvuur? Welnee … de kampeerder kan ook een panpizza maken. Ik geef je een eenvoudig recept, maar je kunt zelf ook gemakkelijk ingrediënten toevoegen. Denk dan eens aan plakjes tomaat, paprika, kappertje, enzovoort.
O ja, de koekenpan moet wel afgedekt kunnen worden. Heb je geen deksel, dan kun je denken aan een andere grote pan of eenvoudigweg een stuk aluminiumfolie.
Voor 2 personen:
Snijd van een aantal sneetjes bruin brood de korst af. Beboter een koekenpan en beleg de gehele bodem van de pan met het bruine brood. Op het brood plakjes belegen kaas leggen; ook weer zo dat alles bedekt is.
Snijd enkele champignons in plakjes en verdeel die over de kaas. Strooi er een beetje gedroogde oregano over en wat aromazout (bijvoorbeeld ‘aromat’ dat ook in de soep gebruikt kan worden).
Strooi ongeveer 50 gram belegen kaas over de broodpizza. Deksel op de pan en op laag vuur ongeveer 15 minuten laten garen. Wanneer je een kleine koekenpan gebruikt, maak je uiteraard twee pizza’s.
Maak er een eenvoudige tomatensalade bij: (vlees)tomaten, wat rode-ui-ringen, olie en balsamicoazijn.
Henk Trimbach, 2012
Maaltijdsoep
Wat een prachtig boek ontvingen we bij gelegenheid van het honderdjarig jubileum van onze kampeerclub. Uiteraard zocht ik allereerst naar wat er over koken en kookmiddelen geschreven was. Nou, zo heel veel is er niet veranderd, althans niet aan de eenpitters. We kunnen nu, in tegenstelling tot de eerste helft van de NTKC-eeuw, wel gebruikmaken van een ruimer assortiment aan ingrediënten voor onze kampeermaaltijden. Denk alleen al eens aan alle Aziatische en Italiaanse producten die overal verkrijgbaar zijn. Maar ik houd het deze keer bij een maaltijdsoep die ook in, laat ik zeggen, 1950 bereid had kunnen worden.
Laat 1 potje witte bonen (à 330 gram) uitlekken. Snijd 1 flinke prei in halve ringen en fruit die zachtjes in wat (vloeibare) boter of olie.
Maak in een ruime pan 1,5 liter groentebouillon van bouillontabletten. Doe de prei, de uitgelekte witte bonen en 1 laurierblad bij de bouillon en breng aan de kook. Op laag vuur 1 klein blikje tomatenpuree en 1 flinke scheut kookroom door de soep roeren. In plaats van kookroom kun je ook koffiemelk gebruiken.
Maak de soep op smaak met peper en zout en eet er met knoflookolie geroosterde sneetjes wit brood bij. Je hoeft geen kant-en-klare knoflookolie te kopen; het gaat prima met een geperst teentje knoflook in een beetje olijfolie waarmee je het brood aan twee kanten besmeert.
Henk Trimbach, 2012
Engeltjes in ’t groen
Dit gerecht zal waarschijnlijk wel meer streeknamen hebben. In de streek waar ik woon, dat is de stad Zaltbommel en omgeving, heet het “weit in ’t grûn”. Mijn zegsman vertelde destijds dat er zoute haring bij werd gegeten. Voor deze tijd van het jaar een lekkere en niet te zware maaltijd, vooral als je er nog wat sla erbij maakt. Wat moeten we onderweg inslaan:
– blikje witte bonen ca. 250 gram
– blikje snijbonen ca. 250 gram (evt. diepvries)
– nootmuskaat (dat hebben we natuurlijk in het kruidenzakje)
– vegetariërs: ca. 250 gr pittige oude kaas in kleine blokjes
– vleeseters: ca. 250 gr blokjes ham.
Hoe werken we verder:
Witte bonen en snijbonen mengen en opwarmen Aan het einde van het opwarmen eventueel afgieten, naar keuze de nootmuskaat erover strooien. Suggestie van de indienster (Ingrid Schippers): “voor de hongerlappen kan nog aardappelpuree gekookt worden”. Dat kan wat veel worden; dan is bruin brood ook heel goed erbij. Maar … vitamine C? Dat zal er niet veel in zitten. Daarom: neem je grootste pan, doe daar voorgemengde, ‘schaal-klare’ sla in. Eén lepel wijnazijn, drie lepels (olijf)olie, zout, peper, lepeltje suiker, een flinke knoflookteen (je hoeft toch niet naar een receptie?) en in een mok lekker mengen. (Met dat kleine gardetje van de HEMA.) Daarna in de sla-pan doen en mengen maar. Dat missen de konijnen nou, wél vers groen maar niet zo’n lekker saus erbij.
Jean-Pierre Bylard, 2001
Eten met namaak-boleten
In Toscane kregen mijn lief en ik ooit een gigantische onweersbui over ons heen. Om op te warmen doken we daarna de eerste de beste uitspanning in. Dat bleek bepaald geen koek-en-zopie-tent, maar eerder een gastronomie-en-mooie-wijn-etablissement. Welkom waren we gelukkig wel, en ze bleken fantastische ravioli met truffel, eekhoorntjesbrood en oude pecorino te hebben. Ja, zo’n fietsvakantie is echt afzien …
Omdat je niet iedere dag aan truffel en eekhoorntjesbrood kunt komen hieronder het surrogaat, met de onvolprezen paddestoelenbouillon van Star.
Breng ruim, licht gezouten, water aan de kook. Voeg 4 handjes grove pasta (ik ben een fan van farfalle) toe en laat een paar minuten doorkoken.
Snipper intussen 1 ui en hak 2 teentjes knoflook fijn. Wikkel de pan met pasta (deksel erop) in een handdoek en sla er een slaapzak omheen.
Fruit ui en knofloook glazig in een scheutje (olijf)olie. Verkruimel een half blokje paddestoelenbouillon en roer dat erdoorheen. Scheur 150 gr oesterzwammen in stukken en laat die op iets hoger vuur meegaren. Blus af met 1 klein bekertje crème fraîche en maak, indien nodig, op smaak af met een snufje zout.
Verdeel de intussen gaar geworden pasta over twee borden, schep de saus eroverheen en garneer met een beetje oude brokkelkaas (al dan niet van Italiaanse herkomst). Serveer er groene sla bij.
Gert-Jan Kooren, 2017
Frittata
Ja, ja, je houdt het niet voor mogelijk. Maar er komt, als het aan de afdeling Baronie & Kempen ligt, een `Eenpitterweekeinde’ op De Smagten in Bladel. Noblesse oblige. Ik kan dat weekeinde natuurlijk niet overslaan.Vlug even wat opgezocht om zelf niet voor een verrassing te staan. Nu is mijn kookarchief redelijk bemeten maar toch moet je iets nieuws hebben, dat binnen de termen van éénpitter valt.
Ik vond, voor 2 personen:
– olijfolie (ongeveer 4 eetlepels)
– 1 groene en 1 rode paprika (eigenlijk heb je van beide maar de helft nodig, maar allebei helemaal gebruiken kan wel)
– ca. 350 gr van die héle kleine krielaardappeltjes, of anders grote aardappels schillen en klein maken
– 5 eieren (één voor de pan en twee voor elke eter)
– bekertje slagroom (zo’n kleintje van 125 cc)
– peper/zout
– bakje sterrenkers
– (naar eigen keus) een klein uitje (golfbalgrootte)
– een oude krant! (zo’n weekeindexemplaar, die heb je nu toch al uit)
Paprika’s wassen en klein maken. Uitje klein maken. In je grootste pan de olie doen en daarin, onder voortdurend roeren, de paprika’s, uitje en krieltjes bakken.Doe dat gedurende 4 tot 5 minuten (denk erom, het uitje mag niet donker worden). Ondertussen in een andere pan, laat je kampeergenoot dat doen, eieren loskloppen en vermengen met de slagroom en een mespuntje zout. Wanneer de bovenstaande tijd verstreken is, het baksel gelijkmatig over de panbodem verspreiden en de eieren/slagroom eroverheen gieten. Pan inpakken in de krant en warm wegzetten (bijvoorbeeld in je slaapzak). De frittata was bij mij na ca. 10 minuten zo stevig dat ik ze in stukken kon snijden en over de twee borden verdelen. Anders schep je het met een grote lepel uit de pan op je bord. Daarna knip je de sterrenkers fijn, zó uit het bakje, over de frittata.
Jean-Pierre Bylard, 2004
Gebakken oesterzwammen
De herfst geeft volop mogelijkheden om je maaltijd direct in de natuur te vinden. Opletten wat en waar je plukt, maar niets geeft zoveel voldoening als het koken van een maal dat je (grotendeels) zelf bij elkaar hebt gesprokkeld!
Heb je een bakje oesterzwammen geplukt? Maak ze schoon, leg er twee weg en snijdt de rest in reepjes. Bak eerst de twee hele oesterzwammen kort in een beetje olie. Leg ze vast op je bord. Fruit een uitje in dezelfde koekepan en bak er de reepjes oesterzwam met wat tijm en peper in mee. Haal de pan van het vuur, meng er in stukjes gebroken geitenkaas door en schep dit mengsel over de gebakken oesterzwammen.
Broodje erbij, klaar.
Anne Vlessing, 2019
Geen-pitter
(Na)zomeren met een goed boek voor je tentje of je caravan! Geen zin om lang bezig te zijn met de bereiding van een toch voedzame en lekkere maaltijd. Wel, het ‘pitje’ kan gedoofd blijven (of het moet na de maaltijd wellicht nog gebruikt worden om het afwaswater even op temperatuur te brengen…)
Voor 2 personen:
– 1 kropje sla naar eigen keuze
– 1 bakje selderiesalade
– 1 klein bosje radijs
– 2 eetlepels verse bieslook
– 1 zakje croutons (of zelfgemaakte croutons van oud brood)
– zout en peper
– een paar dikke plakken donkerbruin brood (bij voorkeur zelf snijden)
Meng de geknipte bieslook door de selderiesalade. Was de sla (snij die eventueel wat kleiner) en leg ‘m op twee borden. Verdeel de selderiesalade over de twee borden in het midden ervan. Was de radijsjes en snij ze in dunne plakjes. Verdeel de radijsplakjes over borden en strooi daarover ook de croutons. Voor de liefhebbers nog wat peper en/of zout over de salade strooien. Eet er een lekkere dikke donkerbruine boterham, ruim met boter besmeerd, bij.
Tips:
Kaas, bijvoorbeeld feta in blokjes of grove snippers Parmezaanse kaas, kan er altijd bij. En wanneer je er toch vlees bij wilt eten, probeer dan eens van een dikke plak bacon hele kleine blokjes te snijden en die erbij te doen.
Jean-Pierre Bylard
Groen/wit/oranje
Ja, lekker makkelijk,daar ben ik voor te porren. Zo maak ik me deze keer er goed vanaf, want Riet Schiffers uit Spijkenisse stuurde dit winterkostrecept naar me op.
Voor 2 personen:
Schenk in een pan 1 dl water met een tuinkruidenbouillonblokje en laat dit warm worden. Doe daarna achtereenvolgens 500 gr klein gesneden groene kool, 400 gr in blokjes gesnedenaardappelen en het laatst 300 gr in blokjes gesneden peen erbovenop. Deksel op de pan en stoof dit op een sudderplaatje in ongeveer 30 min gaar Schep de massa voorzichtig door en voeg er tevens 200 gr oude grof geraspte kaas doorheen. Afmaken met peper en zout – eventueel wat nootmuskaat en fijngesneden selderijblad. Riet suggereerde: “voor de lekkerbekken kan er ook nog een gebakken haaskarbonade bij geserveerd worden” ! Thuis deed ik dat (mert twee pitten) en het smaakte prima. In het kamp verving ik de hasskarbonade door 175 gr cashewnoten. Die deed ik nog voor de kaas en het selderijblad erdoor, en ook dat smaakte prima.
Jean-Pierre Bylard, 2002
Groene-paprikatortilla
Vroeger maakte men bier met ‘gruyt’. Dat was vóór de toepassing van hop. Gruyt was zo bekend dat er nergens een recept van is. Het was een mengsel, wat er meestal in zat is wél bekend maar in welke verhoudingen niet. Met erwtensoep is zoiets ook het geval. Niemand heeft hét recept. Ja, er moeten geen bruine bonen in, maar verder zijn er allerlei variaties. Dat is ook het geval met tortilla’s, er zijn veel variaties op het thema. Dit recept kreeg ik van Spaanse vrienden. (Eigenlijk: Spaanse vriendin, maar ja wat gaan jullie dan van mij denken.)
Voor 2 personen:
– 2 eieren (3 eieren wanneer je een grote tortilla maakt. Zie hieronder)
– zout (zeezout smaak iets meer uitgesproken)
– 3 eetlepels olijfolie
– 1 of 2 aardappels
– 1 of 2 groene paprika’s (afhankelijk van je bedoeling met de tortilla: maak je `m als enig hoofdgerecht: dan 2. Maak je er een gerechtje van met sla en brood erbij: dan is 1 voldoende.)
– peper, wat knoflook.
Verhit 2 eetlepels olie in een kleine pan en bak daarin de héél klein gesneden aardappel(s) en bak die langzaam totdat die zacht is. Ondertussen de eieren loskloppen in een (3e)pan. Als de aardappels bijna zacht zijn deze over de losgeklopte eieren verdelen. Roerbak de, ook heel fijn gesneden, groene paprika totdat die zacht is, in de overgebleven olie in de kleine pan. Snipper een klein knoflook teentje en meng dat met de aardappels en paprika. Verhit de overgebleven olijfolie zeer goed in een koekenpan en giet het ei/aardappel/paprika- mengsellerin. Verdeel de massa zonodig een beetje met een bakspaan. Temper de vlam en laat de tortil a bakken totdat die lichtbruin is. Draai hem om met behulp van een deksel o.i.d. en bak de andere zijde en voeg nog een paar druppels olie toe als de bodem te droog is. De tortilla is gaar als de buitenkant bruin is en de binnenkant nog een beetje zacht. Tja, als je pit niet goed te temperen is, moet je pan wat hoger boven de vlam houden of een (zwaar!) sudderplaatje gebruiken.
Jean-Pierre Bylard, 2005
Ingepakt
Uit het vuistje eten … Dat kan met deze snelle, voedzame maaltijd. Zowel omnivoren als vegetariërs kunnen genieten van dit `nieuwe-tijds-eten’.
Voor 2 personen:
– 4 (kleine) wraps
– 1 eetlepel olie of (vloeibare) boter
– 250 gr kipfilet of 250 gr tofu of tempeh (filet of tofu/tempeh in blokjes snijden en naar smaak kruiden. Er is ook gekruide tofu te koop, die zelfs al voorgesneden is)
– 250 gr verse sperzieboontjes
– 200 gr taugé
– sambal badjak naar smaak)
– bakje, zakje of pakje kant-en-klare satésaus
Kook de boontjes in 10 minuten beetgaar; giet ze af en zet ze apart (je hoeft de boontje niet per se warm te houden). Roerbak de kipfilet of tofu in de olie of boter tot die mooi bruin is. Voeg de sperziebonen toe en roerbak die 1 minuut mee. Doe er, als je daarvan houdt, naar smaak sambal badjak door. Haal van het vuur, roer er de gewassen en uitgelekte taugé door en zet in gesloten pan even in een slaapzak. Leg de wraps in gesloten verpakking intussen op de deksel van de pan. Maak de satésaus warm. Leg een flinke schep vulling op een wrap en vouw die als een `open enveloppe’ (eerst van onder naar het midden en dan links en rechts eroverheen). Nog een schep vulling en satésaus naar smaak erop!
Tip: Als de zon warm genoeg is, kunnen de wraps in gesloten verpakking ook even op een warme tegel in de zon gelegd worden.
Jean-Pierre Bylard, 2005
Kampeer-Kantonees
Fietsend door de dorpen van Nederland zie je steeds minder ‘Chin. Ind. Spec.’ restaurants, en steeds meer pizza-en kebab tentjes. Limmen heeft nog wel een echte Chinees op loopafstand (als er intussen geen rotonde doorheen gebouwd is), maar als je elders kampeert zul je toch zelf aan de bak moeten. Bijvoorbeeld met quorn in zoetzure saus. Ku Lo Quorn, als je interessant wilt doen.
Braad 1 bakje quorn-stukjes in wat olie aan tot er zo her en der bruine puntjes op zitten, en zet opzij.
Snipper 1 grote ui en hak 3 teentjes knoflook fijn. Fruit dit samen in wat olie glazig.
Voeg 1 rode paprika (in stukjes), 100 gram shiitake (in plakjes), 2 worteltjes (in flinterdunne schijfjes), het sap van 1 citroen en het sap van 1 klein blikje ananas op sap toe.
Laat het mengsel, met het deksel op de pan, pruttelen tot de groenten beetgaar zijn.
Voeg de stukjes ananas uit het blikje, een eetlepel bakgember, een klein blikje tomatenpuree en de gebakken quorn toe, en laat doorwarmen.
Maak op smaak af met zout en peper.
Dien, uiteraard, op met rijst.
Gert-Jan Kooren, 2021
Kampvuurexcuus met pompoen
Natuurlijk kan onderstaand recept ook met een zakje pompoenblokjes. Maar elke reden voor een kampvuur is er één. Toch?
Laat een niet te grote pompoen (krap 1200 gram) op 15-20 cm van een kampvuurtje in ongeveer 45 minuten rustig garen. De afstand moet zo zijn dat de schil na enige tijd wel verkleurt, maar niet onmiddellijk blakert. Draai de pompoen elke keer als een kant zwart dreigt te worden weer een stukje. Hij is gaar (genoeg) als je een mes aan alle kanten makkelijk door de schil kunt steken.
Snijd de pompoen in tweeën en laat even afkoelen. Schep de pitten eruit, schil de helften en snijd ze in dobbelstenen.
Snipper 2 middelgrote uien en fruit ze glazig in een plens olie.
Voeg pompoen en 1 theelepel zout toe, en voldoende water om alles net te bedekken.
Laat het geheel rustig garen, terwijl je regelmatig roert en meteen ook de pompoenstukjes plet. Hoe mooier je de pompoen geroosterd hebt, hoe sneller alles zacht is.
Roer er een forse eetlepel Indiase currypasta (of een zakje thai currypasta) en een blikje (270 ml) kokosmelk door, en maak op smaak af met zout en sambal.
Dien op met ringetjes bosui, en eventueel, als je niet stiekem tijdens het roosteren al zoutjes hebt zitten snaaien, wat brood.
Gert-Jan Kooren, 2022
Knoeien met kikkererwten en ketchup
In de supermarkt lees ik de ingrediëntenlijsten. Mijn lief wordt daar gierend gek van, maar ik wist daardoor toch maar mooi waarmee je, als de buurtsuper geen kikkererwtenmeel verkoopt, tóch erwtenkoekjes kunt maken.
Meng 1 pakje falafel-mix (ik had die van de Jumbo; 160 gram) met een gelijke hoeveelheid tarwebloem, 1 zakje bakpoeder, 1 afgestreken theelepel zout en 3 volle theelepels kerriepoeder.
Hak 2 teentjes knoflook, 1 Spaanse peper en 1 stengel bosui fijn, voeg die toe, en kneed het geheel met wat water (scheutje voor scheutje toevoegen) tot een iets klef deeg.
Zet 2 uur opzij, afgedekt met een natte theedoek.
Verhit een forse plens zonnebloemolie.
Pak een pingpongballetje deeg, strooi er wat bloem op zodat het niet plakt, en knijp tot een plat koekje. Hoe dunner hoe beter.
Bak het koekje aan beide zijden goudbruin. Laat uitlekken op wc-papier (het keukenpapier van kampeerders).
Herhaal het proces tot, een koekje of tien verder, alle beslag op is. Ververs, indien nodig, halverwege de olie.
Lekker met pittige tomatensalade:
Meng 1 stengel bosui en 1 groene Spaanse peper (in dunne ringetjes) met 2 vleestomaten (in blokjes), en maak aan met een scheut tomatenketchup.
Garneer, als je op een NTKC-terrein met een kruidentuintje staat, met wat fijngesneden bieslook of koriander.
Gert-Jan Kooren, 2023
Koesterende pompoen
Een recept voor comfort food leek me voor deze editie (Buitenspoor 3-2020) op zijn plaats. Toen ik op Wikipedia opzocht waar de term eigenlijk vandaan kwam, struikelde ik over een wereldwijde lijst met troostgerechten. Mijn oog viel op Borani Kadoo, uit Afghanistan. Pompoen met yoghurt-dip. Alleen al van het idee werd mijn humeur beter …
Schil 1 kleine pompoen (dikke kilo) en hak die in grote dobbelstenen of koop 800 gram voorgesneden pompoenstukjes.
Snipper 1 middelgrote ui ragfijn, en fruit deze in een stevige plens olie goudbruin.
Hak 1 Spaanse peper, 2 teentjes knoflook en 2 cm gemberwortel fijn. Voeg dit, samen met 40 gram suiker, 1 volle theelepel kerriepoeder en een snuf zout bij de ui. Fruit alles, onder voortdurend roeren, nog even door, tot de geuren loskomen.
Giet 1 blikje tomatenblokjes en 1/2 blikje water bij het mengsel, en breng aan de kook.
Doe de pompoenstukjes erbij. Laat ze zonder deksel op laag vuur garen tot ze zacht zijn, maar nog niet uit elkaar vallen (ongeveer 20 minuten). Voeg, indien nodig, halverwege nog wat water toe. Niet te veel; het tomaatmengsel moet uiteindelijk sausdikte hebben.
Maak intussen de yoghurt-dip door 1 fijngehakte teen knoflook, 1 eetlepel fijngesneden munt (of bosui) en een snuf zout door 2,5 dl yoghurt te roeren.
Serveer met pitabrood of naan-uit-de-supermarkt.
Gert-Jan Kooren, 2020
Lauwe hete noedels
Het is zomer, het is gezellig, en aan het eind van de middag komen de borrelhappen op tafel. En dan ineens zegt je lief: ‘We moeten nog wat eten.’ Een volwassen maaltijd is, na alle snacks, te veel van het goede. Tijd voor een noedel-salade met pit.
Snijd 1 Spaanse peper en 2 stengels bosui (ook het mooie deel van het groen) in dunne ringetjes. Meng er het sap van 2 limoenen door, plus een forse snuf zout en 1 afgestreken eetlepel suiker.
Proef even: het mengsel moet nét te zuur zijn om zo lekker te zijn. Voeg eventueel nog wat extra suiker toe. Zet opzij.
Snijd 1 komkommer in de lengte in kwarten en haal de zaadlijsten eruit. Snijd de kwarten vervolgens in plakjes van een halve centimeter dik.
Snijd 200 gr tempeh in plakken van een halve centimeter, en die plakken weer in tweeën of drieën.
Kook intussen 125 gr noedels gaar, en giet ze af.
Bak de tempeh in een forse plens olie goudbruin. Strooi er dan wat kerriepoeder en zout over, en bak, onder af en toe husselen, nog heel even door.
Verdeel de komkommer over twee borden.
Meng de noedels met het limoenmengsel, en geef elk bord zijn deel. Doe dat ten slotte, ook met de tempeh.
Gert-Jan Kooren, 2023
Mag het ook wat meer werk zijn?
Een beetje Indisch. En die keuken vraagt altijd wat meer tijd. Maar ach, als je toch vakantie hebt en ook nog eens koken leuk vindt …
Voor 2 personen:
– een kleine ui
– een teentje knoflook
– een theelepel sambal trassi (is in kleine potjes te koop)
– een theelepel suiker
– ketjap manis
– olie
– een klein potje pindakaas
– een klein blikje kokosmelk
– een blok tahoe (tofu) of voor wie dat liever heeft: tempé
– 250 gram tuinerwten (bij voorkeur diepvries)
– 150 gram (pandan)rijst
– zout
Kook de rijst bijna gaar, giet af en laat in de slaapzak nagaren. Snipper de ui en de knoflook heel fijn en wrijf met de bolle kant van een lepel tot een brij. Voeg sambal trassi, suiker en een eetlepel ketjap manis toe en roer goed door elkaar. Snijd de tahoe of tempé in dobbelsteentjes en strooi er wat zout over. Bak de blokjes in wat olie goudbruin en haal ze dan uit de pan. Fruit de boemboe (uimengsel) in wat olie, voeg de tuinerwten toe en bak die even mee. Doe de kokosmelk bij de boemboe en de tuinerwten en breng het geheel aan de kook. Voeg dan de pindakaas toe en roer alles glad. Wordt de saus te dik, dan wat water toevoegen. Even laten pruttelen. Op de borden de rijst verdelen, daarover de pinda-erwtensaus en de tahoe- of tempéblokjes bovenop verdelen. Je kunt naar smaak ketjap en/of sambal toevoegen.
Henk Trimbach, 2009
Melksoep
– 1 ui (formaat golfbal)
– 0,5 l water
– 1 l melk
– 2 bouillonblokjes
– 2 rode pepertjes
– 250 gram mais (uit blik)
– potje zure room
– evt. wat bloem om te binden
De ui snipperen en lichtgeel fruiten. Water erbij en de bouillonblokjes erin laten oplossen. Daarna melk erbij doen. Tussendoor de chilipepertjes ontpitten, in reepjes en daarna in stukjes snijden (daarna handen goed wassen, het is anders erg pijnlijk bij wrijven in bijvoorbeeld ogen) en bij de soep doen. Mais afgieten en bij de soep doen. Weer even op temperatuur laten komen. Als de soep te dun is, de bloem, onder goed roeren, erbij doen en even laten meekoken om dikte te controleren. (Denk eraan: de zure room maakt de soep ook weer dikker.) Van het vuur af en de zure room erdoor scheppen. Bijvoorbeeld stokbrood erbij eten.
Jean-Pierre Bylard, 2001
Min of meer Marokkaans
Met een diepe buiging voor zijn negenjarig eenpitter-schrijverschap neem ik een stukje van het stokje van Henk over. Het vegetarische stukje, om precies te zijn. Andere mensen zullen andere stukjes van het stokje overnemen; wie en hoe merk je vanzelf in een volgend Buitenspoor.
Afgelopen oudjaar testte ik onderstaand min of meer Marokkaans recept bij het kampvuur op Huizen. Het resulteerde in een soort mediterraans beton. Daarom hieronder de verbeterde versie. De hoeveelheden zijn voor twee personen.
Snipper 1 ui, snijd 1 rode Spaanse peper (als je het niet heet wilt: zonder pitjes) in dunne ringetjes en hak 2 teentjes knoflook fijn. Fruit glazig in een beetje (olijf)olie. Voeg 250 gram soepgroenten, 1 forse theelepel kaneel en 3 fijngestampte kruidnagels toe en fruit nog even door. Doe er een scheutje water, 1 klein bouillonblokje en 6 in plakjes gesneden gedroogde vijgen bij en laat alles rustig garen. Roer er tenslotte 1 klein blikje tomatenpuree (en eventueel nog wat water) doorheen en maak op smaak af met zout. Houd het prutje warm in een slaapzak of, voor een fijne rooksmaak, op een hoekje van de vuurplaats. Bak 250 gram falafelballetjes in wat olie onder regelmatig schudden bruin. Serveer de balletjes op het prutje, met daarbij (pita)brood. Of niet, als het je zo al meer dan genoeg lijkt.
Henk, nogmaals bedankt voor negen jaar Eenpitter,
Gert-Jan Kooren, 2015
Namaak Marokkaans
Een frisse vegetarische maaltijdsalade die vooral vanwege de couscous uit Noord Afrika lijkt te komen. Je kunt ‘m overigens nog wat ‘Marokkaanser’ (en wat frisser van smaak) maken door, in plaats van koriander, verse munt te gebruiken. Houd je nou helemaal niet van koriander of munt, neem dan gewoon wat selderieblaadjes. Misschien is de aangegeven hoeveelheid wat te veel voor twee personen. Dat biedt dan wellicht de mogelijkheid om de buren eens uit te nodigen voor de maaltijd.
Voor 2 personen:
– 150 g gewelde abrikozen (zijn geweld te koop!)
– 1 sinaasappels
– mespunt kaneelpoeder
– 200 g couscous
– 3 à 4 eetlepels olijfolie
– 2 bosuitjes
– enkele takjes verse koriander
– 100 gram fetakaas
Snijden: abrikozen in kleine stukjes, de bosuitjes in dunne ringetjes, de korianderblaadjes en de feta in blokjes (of verkruimelen). Boen de sinaasappel schoon en rasp de schil eraf. Pers het sap eruit. Schep in een flinke pan de abrikoosstukjes met de sinaasappelrasp, kaneel, de couscous en 1 tl zout om. Voeg al roerend het sinaasappelsap, 200 ml kokend water en de olie toe. Laat de couscous 10 minuten staan. Roer nu de couscous rul met een vork en schep er de bosui, de koriander en de feta door. Breng op smaak met zout (niet te veel!) en peper. Laat naar believen nog even verder afkoelen. Nog lekkerder met wat licht geroosterde amandelen of pijnboompitjes.
Henk Trimbach, 2011
Nazomers stamppotje
Ik heb voor eenpitterrecepten nog maar zelden gekookte aardappelen gebruikt. Nou daar gaat ie dan, en nog wel in een vegetarisch stamppotje. Mochten er nou kampeerders zijn die niet zonder een stukje vlees kunnen, dan past een blinde vink prima bij dit stamppotje. Drink er een fris glas witte wijn bij.
Voor 2 personen:
– 750 gram aardappelen
– 1 klein blikje (ongeveer 120 gram) maiskorrels
– 1/2 krop ijsbergsla (mag ook een zakje gesneden ijsbergsla zijn, zodat je niks overhoudt)
– 200 gram belegen of oude kaas
– ongeveer 1,5 dl melk
Schil de aardappelen, was ze en snijd ze in stukken. Kook de aardappelen in water met zout gaar. Warm de maòskorrels kort mee. Was intussen de sla en snij in smalle reepjes. Snij de kaas in piepkleine blokjes. Giet de aardappelen met de maòs af en prak ze fijn. Een tentkampeerder zal geen pureestamper hebben, maar met een beetje meer geduld lukt het prakken ook met een vork. Meng de sla, de kaasblokjes en zoveel melk door de aardappelen dat een smeuòge puree ontstaat. Laat de stamppot, al roerend, nog even doorwarmen en breng op smaak met zout en peper.
Henk Trimbach, 2011
Omelet anders
Omelet op brood; zo eten we dat eiergerecht meestal. Maar deze keer maken we er een hoofdmaaltijd van met rijst. De omelet niet op de rijst, maar de rijst tussen de omelet.
Voor 2 personen:
– 120 gr rijst
– 4 eieren
– beetje melk (niet noodzakelijk)
– shoarmakruiden
– olie of (vloeibare) boter
– een kleine ui of een flinke sjalot
– een kleine winterwortel
– een flinke hand sperziebonen of enkele snijbonen
– een kleine rode paprika
– zout, peper
Kook de rijst bijna gaar, giet af en laat nagaren in een slaapzak. Snijd ui, wortel, paprika en boontjes in kleine stukjes. Doe een beetje olie of boter in een pan en roerbak de groenten in enkele minuten (beet)gaar. Voeg peper en zout naar smaak toe en roer de groenten door de rijst. Zet het rijst-groentemengsel terug in de slaapzak. Klop de eieren los met een scheutje olie, wat melk (niet noodzakelijk), een weinig zout en een theelepel shoarmakruiden. Bak twee omeletten. Verdeel rijst met groenten over de omeletten en klap ze dicht.
Variatietips:
Voor de liefhebbers wat knoflooksaus erbij (warm of koud).
Ik heb een vegetarische omelet gemaakt, maar natuurlijk kan er vlees (bijvoorbeeld shoarmareepjes of gehakt) bij gedaan worden.
In plaats van shoarmakruidenkunnen er ook andere kruiden in het gerecht gedaan worden; bijvoorbeeld tacokruiden of kerriepoeder.
Henk Trimbach, 2010
Omwille van de kleur
Omwille van de kleur pakte ik groene tagliatelle, want verder is het rood en geel wat de klok slaat. Je zou ook rode tagliatelle kunnen gebruiken voor het volgende recept en dan is het groen en geel wat de klok slaat..
Wat hebben we nodig:
– een snijplankje en een goed scherp mes (overbodige opmerking?)
– ongeveer 250 gr tagliatelle (groen of rood)
– twee rode paprika’s wanneer je groene tagliatelle hebt.
– een rood pepertje
– drie/vier tenen knoflook
– (olijf-)olie
– Parmezaanse kaas
– zout/peper
– bieslook of peterselie
De tagliatelle koken. Omdat daar enige tijd in gaat zitten kun je ondertussen de paprika’s, knoflook en het pepertje bewerken. Enfin, dat is: schoonmaken, doorsnijden, pitten eruit en in kleine stukjes snijden. Pas op voor de peper, niet onverwachts in je ogen wrijven, want ze ‘branden dan je kop uit’. Wanneer de tagliatelle bijna klaar is, afgieten, wat olijfolie erdoor roeren en warm wegzetten. In een tweede pan een scheutje olie en daarin de paprika, peper en knoflook roerbakken. (Dat hoef ik niet uit te leggen hè, wat roerbakken is?) Na 3-5 minuten roerbakken, de pasta weer naar voren halen en de paprika enzovoort erdoorheen roeren. Wanneer je dan al wat kaas erdoor doet, dan verdeelt dat de ingrediënten beter. Op het bord de fijngesneden bieslook of peterselie erover en verder ruim bestrooien met de kaas. Salade had ik niet gemaakt en om dat te compenseren, aten we een halve meloen erna op.
Jean-Pierre Bylard, 2005
Oosterse kikkererwten-auberginestoof
Deze stoofpot kun je goed in de Dutch oven op het kampvuur maken.
Voor 4 personen:
zonnebloemolie
2 rode uien
2 aubergines of 2 courgettes of 1 van elk
250 gr champignons
75 gr amandelen
2 eetlepels milde curry
400 gr kikkererwten
200 ml kokosmelk
400 gr tomatenblokjes
275 gr rijst of Turks brood om erbij te serveren
verse koriander
De groenten en de champignons smoor je allemaal tegelijk in de pan gaar.
Daarna voeg je de tomatenblokjes, de milde curry, de kikkererwten, de kokosmelk en de koriander toe. Steeds blijven roeren, zodat het niet te hard gaat.
Als laatste strooi je de amandelen erdoor.
Voeg zo nodig zout en peper toe naar smaak.
Anne Wismans, 2018
Pannekoeken
Ik houd het op de oude schrijfwijze, die doet het meeste recht aan het ontstaan van het woord. Het woord is ontstaan naar de manier waarop platte broden werden gemaakt. Een pain-koek. Dat is ook hier de bedoeling van het recept. Niet een toetje maar een maaltijd. Deze keer geen aanduiding van de hoeveelheden. Niet dat ik nu ineens lui ben geworden (dat was ik al veel langer), maar maak je te weinig dan is dat vlug aangevuld. Te veel geeft niet; ook koude pannekoeken zijn lekkere mondkost.
We gebruiken natuurlijk wel: tarwebloem, wat melk, (bruin) bier, ei(-eren). Je kunt dat natuurlijk mengen door twee vorken als garde te gebruiken, maar de al eerder geroemde mini-garde voor ca. 0,50, dat werkt toch iets prettiger. De variatie deze keer zit `m in de vulling of de bedekking.
Vulling:
– We kennen waarschijnlijk wel allemaal drie-in-de-pan (een vulling van krenten/rozijnen).
– Appelpannekoek: geen schijven nemen maar de appel zo klein mogelijk snipperen en door het deeg mengen.
– Ook een hartige vulling is mogelijk. Koop voor deze vulling: 1 groene en 1 rode paprika, een uitje en één of twee ons gerookt spek. Alles klein maken en door het deeg mengen.
Als je toch nog andere ideeën wilt uit proberen: meng bijvoorbeeld in een gedeelte van het deeg (bijvoorbeeld in mok voor 2 pannekoeken) sesamzaad en in een ander deel maanzaad.
Heb je zelf nog andere hartige vullingen (die niet zo gangbaar zijn): ik hoor ze graag van je.
Bedekking:
Daar zijn vele variaties mogelijk. Ik ga ze niet alle maal opnoemen maar alle beleg op brood is ook op pannekoeken mogelijk. Toch is de nu aan te geven bedekking voor heel veel mensen nieuw. Wanneer je het heel goed wilt doen, dan ga je eerst naar een toko. Haal daar een stuk gula djawa ofwel palmsuiker. Gaat dat niet zo makkelijk, gebruik dan het restant bruine basterdsuiker uit het “snelle hachee” recept. De Gula djawa zul je eerst moeten verkruimelen; de basterd kan meteen over de naturel pannekoek gestrooid worden. Druppel daar wat citroensap over. Heerlijk verfrissend en er zit nog vitamine C in ook. Vooruit dat eten maakt dorstig en wellicht heb je meer dan één flesje (of blikje) gekocht. Drink de andere flesjes leeg bij het eten, na afloop hoef je toch niet meer met de auto naar huis toe. De volgende dag hoef je dat zware spul ook niet meer mee te sjouwen in je rugzak/fietstas.
Jean-Pierre Bylard, 2002
Pasta
Een tijdje geleden schafte ik mij het boek aan: ‘Pasta Light’ (ISBN 90-773-3051-8). De nog jonge verkoopster in de boekhandel keek nog even aandachtig naar de voorplaat. Drie mooie Italiaanse jongens, goed gespierd, in zwembroek. Ik vond de inhoud veel leuker, goede pastarecepten. Je leert ook, dat wij in Holland eigenlijk veel te veel saus over onze pasta uitgieten. Een goede pasta is met wat knoflook en wat Parmezaanse kaas al heel lekker.
– 400 gr spinazie-pasta (vnl. voor de kleur)
– 2 citroenen (liefst van biologische herkomst)
– klontje roomboter
– olijfolie
– bekertje slagroom (ca. 150 cc)
– 150 gr Parmezaanse kaas (thuis geraspt, de échte)
– 2 teentjes knoflook (formaat kleine teen, niet de grote)
– zwarte peper (grof gemalen, een theelepel of minder)
– zout
– (evt.) peterselie, fijn gesneden
Eigenlijk moet je een soort raspmesje hebben om de schil van de citroen af te kunnen halen. Ik kocht het bij de Hema. De pasta koken in zout water (Emillio Tramonte, een Sardiniër, zei me eens dat het water net zo zout moest zijn als het water van de Middellandse Zee) met knoflook, fijn geplet, en een scheutje olijfolie erin. Koken, zo’n 5 minuten en warm wegzetten in de kampeerhooikist, dan wel je slaapzak. Ondertussen boter smelten (echt alleen maar smelten), de twee citroenen erin raspen, slagroom erbij gieten en de peper erin strooien. Goed mengen. Pasta uitpakken (gaar?), afgieten, knoflook eruit vissen, de saus over de pasta gieten en mengen met een groot deel van de kaas. Verdelen en over elke portie de rest van de kaas verdelen. Peterselie erover. Tja, wat drink je erbij? Overigens kwam dit recept niet uit het eerdergenoemde boek. De bron is mij onbekend; ik heb het gekregen en aangepast. Krijg jij ook welleens kampeerrecepten, geef ze door, via eenpitter@kampeerclub.nl.
Jean-Pierre Bylard, 2004
Pasta met spinazie 1
Deze rubriek werd destijds geboren om reden dat er vaak zo makkelijk naar kant-en-klaar gerechten werd gekeken (en gegrepen). We kunnen beter, naar eigen smaak en nét zo makkelijk, onze eigen kampeermaaltijden maken. Deze onderstaande bijvoorbeeld. Je moet wel opletten met de iepgevroren spinazie. Koop die niet al te lang van te voren. Het wordt anders zo’n kledderboel in je rugzak of fietstas.
Wat kopen we voor twee kampeerders:
– uitje (golfbalgrootte)
– diepvriesspinazie ca. 250 gram
– bekertje crème fraîche
– pakje Boursin of Paturain
– bakje champignons of shiitake
– wal- of cashewnoten ca. 200 gram
– kleine pasta, ca. 250 gram (farfallini, fusilli, orecchiette, pennoni, gnocchetti sardi, stellette, ruoti, rigatoni, ziti, pastina) Ach, eigenlijk zijn ook de `linten’ goed, maar ik vond al die namen zo leuk om ze eens op te noemen.
Spinazie laten ontdooien en ondertussen uitje schoonmaken en versnipperen, noten hakken, champignons in plakjes snijden en droog bakken. Dat is zonder vet/olie in het pannetje bakken. Regelmatig met de bakspaan omroeren. Als het uittredende vocht van paddestoelen weg is zijn ze klaar. Dit maakt de smaak van de paddestoelen sterker. Wanneer de spinazie ontdooid is, deze in een pannetje doen en opwarmen. Als ze zacht en warm is geworden de andere ingrediænten erdoor doen en naar smaak zout toevoegen. Wegzetten in een krant/handdoek in de slaapzak. Pasta koken in water met wat zout, knoflook en olijfolie. Wanneer die goed is (niet te zacht maar `al dente’, dat is `beetgaar’), afgieten. Dan de spinazie enzovoort uit de slaapzak halen en erbij doen. Goed mengen en nog even opwarmen. Omdat dit een maaltijd was in een zomerse temperatuur, in een zuidelijk land, hebben we ons eigen gemaakt als toetje een tros druiven per persoon te nemen.
Jean-Pierre Bylard, 2004
Pittige aardappelsoep
Na twee pasta recepten toch maar weer eens iets anders. Een recept met als hoofdingrediënt onze Hollandse pieper. Eén ingrediënt zal je moeten overhouden van een bezoek aan de afhaal-chinees, namelijk zo’n zakje of kuipje sambal. (Thuis in de koelkast bewaard is het best een tijdje houdbaar.)
Wat heb je nodig:
– 500 gr aardappelen
– vijf grote bospenen
– een prei
– eetlepel boter
– grote ui
– een teen knoflook
– theelepel sambal
– twee bouilon blokjes
– deciliter melk
– een ei (twee mag ook)
– peterselie
– selderie
– theelepel rozemarijn
Dan begin je met alles schoon en klein te maken! Fruit de ui en knoflook tot geelkleurig in de boter (olie). Voeg na een paar minuten de sambal toe en laat even meebakken, even later de wortel laten meebakken en daarna de prei; ook even laten meebakken. Pan opzij zetten, warm houden hoeft niet speciaal. Zet de aardappels met een liter water op het vuur, doe tevens de bouillonblokjes erin. Als het water kookt kan de inhoud van de andere pan erbij en laat het geheel tien minuten zachtjes koken. Daarna de rozemarijn, peterselie en selderij erbij. Nog vijf minuten laten doorsudderen. Van het vuur af, grondig doorroeren en daarna het ei erbij, ook dat even goed doorroeren. Een biertje smaakt hier best lekker bij.
Jean-Pierre Bylard, 2003
Preistamppot met quorn
Soms haal ik welleens eten bij de afhaalchinees. Ja, da’s niet zélf koken met verse ingrediënten. Maar toch. Als je dan je wachttijd doorgebracht hebt tussen de andere luie kokers, dan ben je aan de beurt. Alles wordt in papier gepakt en als laatste vraagt dan de lieftallige Chinese dame: `Sambal bij?’. Zeg dan: `ja’, want je krijgt dan van die handige kleine porties. Overigens heb ik ook weleens rechtstreeks bij een Chinees restaurant om zo’n beetje sambal gevraagd, én het ook gekregen. De porties blijven lang goed, zeker als je ze in de koelkast bewaart. Die kleine hoeveelheid sambal hebben we nodig bij het volgende recept.
Wat hebben we nodig voor twee personen:
– olijfolie
– 500 gr aardappels
– 400 gr prei
– 1 blokje kruidenbouillon (oplossen in twee mokken water)
– 1 tomaat
– 1 portie sambal
– 1 bakje quorn (175 gr) in stukjes
– 1 tube tomatenketchup
– twee eetlepels (met kop) sesamzaadjes
– zout/peper
Los het bouillontablet op in een halve liter (ca..2 mokken) water. Ondertussen kan je de aardappels goed schoonmaken (eventueel schillen) en ze in kleine blokjes snijden. Doe net zo met de prei. In de lengte in vieren snijden en dan tot kleine stukjes `snipperen’. Goed wassen, want er zit vaak zand tussen de bladeren en ook bij het kamperen is dat niet gewenst in ons eten. Verhit in een pan twee eetlepels olijfolie en roerbak daarin de aardappels en de prei ca. 4 minuten, doe de bouillon erbij, breng het geheel even tot koken en zet het weg (met een handdoek eromheen) in een slaapzak. Roer in een kleine pan, of bord, 4 eetlepels tomatenketchup en de portie sambal (pas de hoeveelheid aan aan je smaak!) door elkaar, schep dan de quorn erdoorheen zodat alle stukjes zoveel mogelijk bedekt zijn. Wentel ze daarna door het sesamzaad. Verhit twee eetlepels olijfolie in een koekenpan en bak de stukjes quorn daarin knapperig bruin. Haal de pan met prei en aardappels weer tevoorschijn, roer die goed door, snijd de tomaat (zonder de pitjes) in kleine stukjes, meng die door de prei en aardappels, voeg naar smaak peper en zout toe en verdeel over twee borden. Schep daarna de gebakken quorn erover. Eet ze.
Jean-Pierre Bylard, 2003
Ratjetoe-soep
De vernederlandsing van het Franse woord ‘ratatouille’, wat ‘allegaartje’ betekent. Of anders gezegd: je maakt er maar wat van. In het enorme warme weer in Zuid-Frankrijk (39.3 °C op de koortsthermometer, opgediept uit de bepakking) zat ik met een paar groentenrestjes. Veel zin om uitgebreid te gaan koken had ik ook niet. Laten we het maar gemakkelijk maken. Loom in de pan roeren gaat nog wel. Niet: wat hebben we nodig, maar : wat heb ik tot mijn beschikking?
Nu, wat was dat:
– 4 van die ei-vormige tomaten
– een kleine courgette
– 4 aardappels
– wat wortelen
– 3 ‘grote’ sjalotten
– een handvol sperziebonen
– knoflook
– bouillonblokjes
– een potje zure room.
Alles werd schoon-, klein- en opengemaakt en in een pan gedaan met water zodat alles net onder staat. Tijdens het koken nog 3 eetlepels azijn erbij en 2 eetlepels suiker. Verder had ik nog in mijn kruidenbuideltje chilipoeder, gemberpoeder, zout en peper. Alles naargelang ik zin had, erbij gevoegd. Het leverde een ‘frisse’ soep op, die we met het brood van de vorige dag lekker weg sopten. (Het was namelijk woensdag en op de deur van de bakkerij stond: ‘le magasin sera fermé le mercredi’.) Wat er daarna nog aan ruimte over was in onze maag, vulden we met rijpe abrikozen.
Jean-Pierre Bylard, 2005
Risotto met paddestoelen
In een oud boekje voor ‘Onderweg Koken’ (of zo’n soort titel) trof ik eens recept aan dat ik jaaaaaren geleden eens gemaakt heb. Op navraag bij mijn vrouw, of ze zich dat nog herinnerde, kwam vlot het antwoord ‘Ja, het was zelfs lekker.’ Het was een van de eerste keren dat ik kookte. Omdat het in mijn ouderlijk huis niet de gewoonte was dat jongens/mannen kookten vond ze het dus opmerkelijk dat een van mijn eerste pogingen ook nog goed smaakte. De aantekeningen heb ik bewaard en teruggevonden. Aan de slag nu met die risotto.
– arboriorijst (bijvoorbeeld de hoeveelheid die in zo’n laplandmok past)
– 1 groentebouillontablet
– water, 2,5 maal het volume van de rijst
– een ruime scheut olijfolie
– 250 gr paddestoelen (mag meerdere soorten zijn)
– een uitje ter grootte van een golfbal
– 75 gr harde pittige kaas in kleine blokjes
– zout/peper
Paddestoelen schoonmaken, in plakken snijden en droog bakken. Opzij zetten. Bouillonblokje oplossen in de hoeveelheid warm water. Het uitje snipperen en in die ruime scheut olijfolie bakken totdat het gelig wordt. Dan droog de rijst erbij en roeren totdat ook die gelig is geworden. Dan gaat de warme bouillon erbij, scheutje voor scheutje. Pas als het ene scheutje bouillon door de rijst is opgenomen mag het volgende erbij. En blijven roeren. Als alle bouillon is opgenomen mogen de paddestoelen erbij en tot slot de blokjes kaas. Goed blijven roeren. Zout en peper naar smaak als laatste toevoegen. Maak er een tomatensalade bij met olie/citroensap en basilicum. Wat drinken we erbij? Een heerlijke (italiaanse) witte wijn.
Jean-Pierre Bylard, 2004
Romige bonensoep
Eén ingrediënt van dit gerecht zul je misschien vers kunnen bekomen. Een kleine kans maak je bij de grootgrutter Appie H. Anders moet je je behelpen met gedroogd en fijn gemaakt bonenkruid. Mijn kleinkinderen vonden het even vreemd, “Sperziebonen in de soep!” Maar na een voorzichtig hapje (je moet altijd eerst proberen voordat je “nee” zegt) was het hek van de dam. De bodem van het bord ging bijna mee naar binnen.
Wat hebben we nodig:
– 500 g. sperziebonen (het gewicht na het schoonmaken)
– 2-3 middelgrote aardappelen
– een takje bonenkruid of anders een theelepeltje gedroogd idem
– 1,5 l bouillon (drie tabletten)
– 2-3 eetlepels bloem
– bekertje zure room
– 250 gr pittige oude kaas in dobbelsteentjes
– wat gehakte peterselie
– peper en zout naar eigen smaak
We beginnen met het maken van de bouillon. Laat die maar lekker op temperatuur komen en ondertussen kunnen de sperziebonen in stukjes gebroken/gesneden worden. Ook de aardappels kunnen behandeld worden. Schillen, pitten, snijden tot dobbelsteentjes. Ze kunnen beide meteen in de bouillon samen met het bonenkruid. Dit geheel ongeveer 15-20 min. laten koken. Dan gaat de bloem erdoorheen. Goed roeren ter voorkoming van klontjes en nog 5 min. door laten koken. De hele kooktijd is ook afhankelijk van je eigen smaak: alles beetgaar of praktisch tot moes. Van het vuur af, de zure room erdoor roeren en meteen daarna de kaasdobbelsteentjes erdoor. Op het bord of in de mok de peterselie erover strooien.
Jean-Pierre Bylard, 2001
Romige mosterdsoep
Probeer eens onderweg wat verschillende verse paddestoelen te kopen. Anders moet je werken met gedroogde, maar dat vraagt meer tijd en daar hebben we niet zo’n zin in. We hebben honger en willen vlug eten. Wat hebben we nodig voor een maaltijdsoep:
– 1 ui (wat kleiner dan een tennisbal)
– 2 eetlepels bloem
– 2 eetlepels boter (of 3 eetlepels olijfolie)
– 2 blokjes groentebouillon
– 1 potje zure room (125 gr?)
– 2 eetlepels mosterd (liefst grove)
– ca. 250 gram paddestoelen (bij voorkeur verschillende soorten)
– wat tijm
– een flinke knoflookteen
– een bosje peterselie
– zout, peper
– brood (de vorm en aard is eigen keuze)
Ga rustig voor je tent zitten en neem eerst een lekker slokje wijn. Dat stemt je al tevreden, je ontspant je na de stevige dagtocht en je kunt beginnen aan je soep. De paddestoelen schoonmaken, in stukken snijden en in een eetlepel olijfolie lekker bakken. Zelf maar bepalen hoe gaar je ze wilt hebben. Daarna zet je ze even apart. 1 liter water heet maken en daarin de twee bouillonblokjes oplossen. Ook dit zet je even apart, het blijft warm genoeg totdat je aan het volgende begint, namelijk de ui en de knoflook. Die heb je ondertussen schoongemaakt, de ui grof en de knoflook fijn gesnipperd. Je neemt je grootste pan want daarin wordt de rest klaargemaakt. Je fruit de ui met de knoflook glazig, op een matig vuurtje, in de resterende olie, voeg al roerend de bloem toe en blijf dat goed roerend doen gedurende ca 3 minuten. Dan giet je al roerende de bouillon toe. Als dat zonder klontjes gelukt is: de paddestoelen, de mosterd, de tijm, peper en zout (alle drie naar smaak) toevoegen en dat lekker even zacht laten koken. Van het vuur af, de room toevoegen (anders gaat die schiften) Tijdens het koken van de soep kun je de peterselie van de steeltjes afhalen en een beetje klein snijden. Op de borden, in de mokken kan je die erover strooien. Brood erbij en smullen maar. Vitamines genoeg maar de C halen we maar uit fruit (hoewel die in peterselie ook veel voorkomt, heb ik me laten zeggen).
Jean-Pierre Bylard, 2001
Rook zonder vuur
Erg zinnig is het ’s zomers niet, een kampvuur. Het is zonder zo’n hittebron al warm genoeg. En veiligheidsregio’s hebben ook vaak zo hun bedenkingen …
En toch, het kampeergevoel is pas compleet als alles een beetje naar rook smaakt. Daarom dit keer een kampvuur-vrij, maar wel stevig doorrookt, soeprecept.
Fruit 1 fijngesnipperde ui in een scheutje olijfolie goudbruin, en blus af met 1 blikje tomatenblokjes.
Giet het mengsel over in een andere pan (de koekenpan heb je zo weer nodig), en voeg 1 blikje water, 2 fijngesneden puntpaprika’s en 1 bouillonblokje toe.
Laat alles koken tot de paprika zacht is.
Doe er 1 uitgelekt blikje zwarte bonen bij, doe de deksel op de pan en haal de pan van het vuur. Zet ‘m op een onderzetter of zo, ergens waar het gras er niet door verbrandt, en je lief de pan niet omver kan trappen.
Veeg de restjes tomaat uit je koekenpan, en bak 125 gram vegetarische geroockte speckjes (of echt rookspek, als je geen vegetariër bent) in een drupje olie krokant.
Roer de spekjes en 1 stampvolle eetlepel gerookt paprikapoeder door de soep en dien direct op. De rooksmaak verdwijnt snel!
Gert-Jan Kooren, 2020
Rugzak-curry
Afgelopen Pasen was ik op bezoek bij de Zwerfgroep. Op de fiets, maar ik moet zeggen dat het bij mij, als oud-wandelaar, behoorlijk begon te kriebelen toen ik al die rugzakkers lopend op de kampeerplek zag aankomen. Speciaal voor hen dus een backpackers-recept: lichtgewicht maar met verse groenten. En bovendien met alleen ingrediënten die je ongestraft in een rugzak kunt stampen.
Hak 2 kleine rode uien, 2 grote tenen knoflook, 2 kleine gedroogde pepertjes en 2 vingerkootjes gemberwortel fijn. Snijd 2 ons waspeen in flinterdunne plakjes. Fruit dit alles in een scheutje olie tot de uien glazig zijn.
Intermezzo:
Wil je je curry eten met snel-klaar-koolhydraten (bulgur, couscous, noedels, iedere rugzakker heeft zo z’n favoriet), zet de curry-in-wording dan even opzij (niet op het gras!) en maak dat eerst. Rijsteters hebben hun graan ongetwijfeld al eerder in een slaapzak gezet om te garen. Zij kunnen meteen door.
Terug naar de curry:
Giet zoveel water bij het groentemengsel dat de worteltjes net onderstaan, en breng aan de kook. Wacht tot de wortelplakjes zacht zijn.
Roer tenslotte 2 zakjes cup-a-soup kerrie door de groenten, en laat de smurrie nog even van het vuur nagaren.
Schep de curry over je koolhydraten, en strooi er wat geschaafde amandel over.
Ben je een solo-rugzakker, deel dan alle hoeveelheden door twee. Moet lukken, lijkt me zo.
Gert-Jan Kooren, 2018
Snelle hachee
Op de plek van bestemming aangekomen willen we eigenlijk niet te lang wachten met eten. De hele dag gefietst of gewandeld. Je wilt je maag weer eens goed vullen. Vooruit, eerst nog een slokje om een echte of lekkere dorst te stillen, maar dan moet er toch aan de maaltijd gewerkt worden. Bij mijn keukenuitrusting heb ik een klein foedraaltje ter grootte van een halveliterpak melk. Daar gaan in: zout, peper, knoflook (veel gebruiken in het kamp, werkt namelijk erg ontsmettend) en bouillonblokjes. In kleine fotorol-busjes gaan ook kruiden mee. Een daarvan gebruik ik bij de snelle hachee. De naam ‘snelle hachee’ zegt het al. Het is geen uren durend karwei om deze voor- of nazomerpot klaar te maken.
Wat hebben we nodig:
– uien, voor 2 personen ca. 750 gr, bij voorkeur van biologische teelt
– aardappels, zeg 4 stuks, niet van die knoeperds
– olijfolie
– 1 eetlepel bruine basterdsuiker
– 1 theelepel kardemom
– 1 theelepel hete paprikapoeder of sambal
– afgestreken theelepel zout
– 2 laurierbladen
– 175 gr quorn of (in het koude jaargetij kan dat wel) varkenspoulet
Biologische uien hebben de voorkeur omdat we ook de bruine schillen van de uien gebruiken. Zet een pannetje op de brander met ca. 1/2/ l water en laat dat warm worden. Ondertussen ontdoe je uien van hun bruine rokken en snij je de stengelrest en de wortels eraf. Alles gaat in het pannetje water en lekker laten trekken. Dit geheel gaat weer met een handdoek erom in de slaapzak. De quorn of poulet licht bakken en als dat gebeurd is even terzijde zetten op een plankje. (Je weet wel, dat gras!) De uien ondergaan een verdere bewerking, ze worden namelijk in grove stukken gesneden. Maak de aardappels schoon, borstelen of schillen: dat ligt aan de ouderdom en dikte van schil. Aardappelen in dobbelsteentjesgrootte snijden. Inmiddels is de uienthee wel op sterkte. In een grote pan olie gieten, twee à vier eetlepels, en daarin de uien lichtbruin bakken (regelmatig omscheppen met die houten bakspaan van Blokker/Hema). Als dat zover is, dan het zout en de grote eetlepel bruine suiker erbij samen met een scheut van het ui-water. Rustig laten sudderen. Langzamerhand alle uien-thee erbij, maar pas op: geen schillen en niet het eventuele zand dat nog tussen de wortels zat. Dan wordt het tijd voor de aardappelblokjes, die er ook bij doen. Ten slotte: de theelepel kardemom, de twee laurierbladen, het paprikapoeder of de sambal, en de quorn of poulet. Toetje? Fruit voor de nodige vitamines. Eet ze!
Jean-Pierre Bylard, 2001
Snijbonen van Stefano
Je kunt de wereld rondvliegen, op zoek naar mooi weer of dito instagram-momenten. Ik houd het, vanwege het milieu én omdat ik een keer gezien heb hoe de vliegtuigbeladers met m’n geliefde fiets omgingen, liever bij een vakantie in een met de trein bereisbaar land.
Maarre … je kunt een warm en ver land natuurlijk wel naar je toe koken.
Hieronder een stukje Griekenland. Met dank aan Stefano, de Haarlems-Griekse kok van wie ik het idee heb geleend.
Hak 1 forse ui en 2 tenen knoflook fijn, en fruit ze zachtjes glazig in een forse plens olijfolie.
Ontdoe 250 gram snijbonen van hun puntjes, en snijd ze in ruiten. Doe ze, samen met 1 blik tomatenblokjes en een half blikje water, 2 volle theelepels kaneel, 1 volle theelepel komijn en 1 theelepel zout, bij het uimengsel en laat ze, met het deksel op de pan, rustig beetgaar stoven.
Voeg 2 volle theelepels tijm toe, en laat alles nog even, zonder deksel, inkoken.
Laat tenslotte 1 eenpersoonsblikje limabonen (200 ml) uitlekken en schep ze door het groentemengsel. Laat even doorwarmen, en maak op smaak af met zout, peper en nog een klein snufje komijn.
Serveer met gebakken aardappelpartjes en tzatziki. En denk er de witte rotsen en blauwe zee zelf bij.
Gert-Jan Kooren, 2022
Spaanse knoflooksoep
Recepten die ik vind schrijf ik nooit zomaar over; ik pas ze aan aan de richtlijnen voor de eenpitterrubriek. Dat wil zeggen: zo vers mogelijk; in ongeveer 30 minuten klaar; maar één brander nodig; voor twee personen. Daarom verander ik recepten op onderdelen. Maar nu heb ik toch echt iets helemaal geplagieerd! Bron: De Volkskrant van vrijdag 18 juli 2003, artikel: De Volkskeuken, titel: Kamperen 1. De schrijfster Pay-Uun Hiu citeert uit het Camping-life Kookboek.
Voor 2 personen:
– 6 teentjes knoflook
– een (oud) stokbrood, in blokjes gesneden
– 4 eetlepels olijfolie
– 1 theelepel paprikapoeder
– 2 bouillonblokjes
– 2 eieren
Gooi het stokbrood van de vorige dag niet weg, maar maak er een Spaanse knoflooksoep van.
Snijd de knoflookteentjes in dunne plakjes. Verwarm de olijfolie in de pan en bak de knoflook bruin (niet té bruin, want dan wordt knoflook bitter – JPB). Bak de stukjes brood mee. Voeg het paprikapoeder toe en meng het geheel door elkaar.
Voeg 1 l water en de bouillonblokjes toe. Laat het daarna even koken totdat de blokjes helemaal zijn opgelost.
Klop de eieren los en roer die door de soep.
Jean-Pierre Bylard, 2004
Spaghettiomelet
Bij een omelet eet je meestal brood. Bij deze omelet is dat niet nodig, maar het mag natuurlijk wel. Ik raad je dan aan om ciabattabrood besmeerd met kruidenboter of rode pesto te gebruiken.
Voor twee personen:
– 125 gr spaghetti
– 1 plak schouderham à 100 gr
– 1 ui
– 2 el vloeibare boter of (olijf)olie
– 4 eieren
– 4 eetlepels geraspte kaas
– zout, peper
– 2 eetlepels (liefst verse) bieslook
De spaghetti breken en in ruim kokend water met wat zout garen. De ham in blokjes snijden, de ui pellen en fijn snipperen. Verhit de boter en fruit de ui glazig. Blokjes ham en uitgelekte spaghetti toevoegen en alles voorzichtig door elkaar scheppen. Klop de eieren met 3 eetlepels water, zout en peper, geraspte kaas en bieslook los. Giet het mengsel over de spaghetti en laat het op laag vuur stollen.
Tip: Vegetariërs kunnen voor de ham natuurlijk een vleesvervanger nemen, maar misschien vind je het ook lekker om wat oesterzwammen te gebruiken. Overigens, ook niet-vegetariërs zullen dit gerecht met oesterzwammen (shiitakes kan ook) lekker vinden!
Henk Trimbach, 2010
Sperziebonensoep
Soep schijnt de eigenschap te hebben, vlug een ‘gevuld gevoel’ te geven. Soep als ‘entree’ gebruiken, betekent dat je minder eet van het daarna volgende. Dat gevoel kunnen we ook gebruiken om een lekkere, tot tevredenheid strekkende, maaltijd te maken. Onderweg moet je bij een ‘supère’ of ‘Casino’ het volgende inslaan:
– 500 gr sperziebonen (het gewicht na het schoonmaken)
– 2-3 middelgrote aardappelen
– een takje bonenkruid of anders een theelepeltje gedroogd idem
– 1,5 l bouillon (drie tabletten)
– 2-3 eetlepels bloem ( maizena mag ook)
– bekertje zure room (sour cream)
– 250 gr pittige oude kaas in dobbelsteentjes
– wat gehakte peterselie
– peper en zout naar eigen smaak
We beginnen met het maken van de bouillon. Laat die maar lekker op temperatuur komen en ondertussen kunnen de sperziebonen in stukjes gebroken/gesneden worden. Ook de aardappels kunnen behandeld worden. Schillen, pitten, snijden tot dobbelsteentjes. Ze kunnen beide meteen in de bouillon samen met het bonenkruid. Dit geheel ongeveer 15-20 min. laten koken. Dan gaat de bloem erdoorheen. Goed roeren ter voorkoming van klontjes en nog 5 min. door laten koken. De hele kooktijd is ook afhankelijk van je eigen smaak: alles beetgaar of praktisch tot moes. Van het vuur af, de zure room erdoor roeren en meteen daarna de kaasdobbelsteentjes erdoor. Op het bord of in de mok de peterselie erover strooien.
Jean-Pierre Bylard, 2003
Spiraaltjespasta met tomatensaus
Ter voorbereiding op het dolen door de Dolomieten of het wandelen langs een largo, een gerecht in Italiaanse stijl. Met drie kleuren fusilli. Mogelijk vraagt het het maken van een roux enig oefenen thuis. Klinkt ingewikkeld maar valt reuze mee. Het is gewoon een witte gebonden saus. Boter in een pannetje, laten smelten op een zo zacht mogelijke pitje, bloem erbij, roeren met de spaan en langzaam, al roerende, melk of bouillon erbij. Dat laatste vocht net zoveel, dat het nog een gebonden saus is.
Wat hebben we nodig:
– 25 gr (ca. 2 volle eetlepels) bloem
– 25 gr boter (een flinke eetlepel)
– 6 dl warme melk (2 à 3 mokken vol)
– bakje champignons
– klein blikje tomatenpuree
– 1 rode paprika
– driekleurenfusilli, hoeveelheid naar eetlust
– olijfolie/knoflook/tijm/zout/peper
– half bosje krulpeterselie
– evt. 100 gr ham in blokjes
Champignonssteeltjes eraf en in plakjes snijden, peterselie schoonwassen en blaadjes fijn snijden/hakken, paprika wassen en in kleine stukjes of heel dunne reepjes snijden, knoflook (twee tenen mag echt wel) zo fijn mogelijk hakken of in ragfijne plakjes snijden Champignons in beetje olijfolie bakken, als ze hun vocht loslaten de knoflook en een afgestreken theelepel tijm erbij (plus de eventuele ham) en even zachtjes laten doorsudderen. Even warm opzij zetten. Hoeft niet in de slaapzak. Melk warm maken en opzij zetten, die heb je zo weer nodig. Nu de buren ‘de ogen uitsteken’. Je maakt in je kampement een roux met de bloem, boter en de warme melk. Wanneer de saus lekker pruttelt, doe je de tomatenpuree, de champignons, tijm, evt. de ham en de paprika erin. Goed doorroeren, zout en peper naar smaak toevoegen. Dit opzij zetten (in de slaapzak) of tijdens het koken van de fusilli met behulp van een bord of deksel op de waterpan warm houden. Op je bord de fusilli, de saus en daarna de peterselie erover strooien.
Jean-Pierre Bylard, 2001
Stevige voorjaarskost
Ook in het voorjaar kun je zomaar ineens onaangenaam verrast worden door een paar frisse dagen en nachten. Uiteraard laat een doorgewinterde kampeerder zich niet zomaar uit het veld slaan. Met een stevige, lekker warme maaltijd (en eventueel een goed glas rode wijn) wapen je je voldoende tegen de voorjaarskou.
Voor 2 à 3 personen:
– 260 gr (wijn)zuurkool
– klein potje (of blikje) witte bonen in tomatensaus
– 1 zakje aardappelschijfjes of -golfjes (450 gr)
– zout, peper
– rookworst (of 2 eieren, zie onder Tip)
– geraspte kaas
Bak de aardappelschijfjes of -golfjes in enkele minuten mooi goudbruin in wat olie of (vloeibare) boter. Leg de aardappels even op een bord; ze mogen gerust wat afkoelen. De aardappels garen later.
Laat de zuurkool uitlekken en snijd de rookworst in plakjes.
Doe een beetje olie of boter onder in de pan en spreid daarover de zuurkool uit. Strooi een beetje zout en ruim peper over de zuurkool. Leg de plakjes rookworst op de zuurkool en spreid daarover weer de witte bonen in tomatensaus. Leg de gebakken aardappeltjes dakpansgewijs op de witte bonen en strooi er ruim geraspte kaas over.
Laat de maaltijd onder het deksel op laag vuur in 30 tot 40 minuten gaar en goed warm worden.
Tip:
Uiteraard kan deze voedzame maaltijd ook door vegetariërs klaargemaakt worden. Het gerecht smaakt namelijk ook voortreffelijk zonder de rookworst. Klopt eventueel 2 eieren los met een halve theelepel paprikapoeder en giet die over de zuurkool. Verder zoals hierboven is beschreven.
Henk Trimbach, 2008
Stoere soep met vergeten groente
Dit keer een maaltijdsoep voor gure waddendagen. Snel klaar is-ie niet, maar je kunt gelukkig wel je handen warmen aan de pan terwijl de boel staat te garen.
Fruit 1 gesnipperde ui en 2 fijngehakte teentjes knoflook in een scheut olie glazig. Snijd intussen 400 gram pastinaak in kleine stukjes en 1 prei in dunne ringetjes. Houd een handje van het preiwit apart en doe de rest van de groente bij de uien. Voeg zoveel water toe dat het mengsel net onder staat. Doe er meteen even 1 bouillonblokje bij. Breng aan de kook, en laat op zacht vuur garen tot de eerste pastinaakstukjes uit elkaar beginnen te vallen.
Thuis pureer je dan het mengsel met je staafmixer, maar op Texel houd je het simpel en stamp je de brokjes een beetje stuk, met een stokje of zo, zodat er wat zetmeel vrijkomt uit de pastinaak om de soep te binden.
Doe er zoveel mosterd in als je lekker vindt (dat verschilt per mens en per mosterd), breng op smaak met zout en peper, en garneer met het apart gehouden preiwit. Voor MasterChef-fans: dat zorgt voor de ‘crunch’.
Serveer met brood. Stoere mensen roeren dat er gewoon doorheen. Hele stoere mensen drinken er een Texelse Stormbock bij.
Gert-Jan Kooren, 2019
Stoere soep met vergeten groente
Dit keer een maaltijdsoep voor gure waddendagen. Snel klaar is-ie niet, maar je kunt gelukkig wel je handen warmen aan de pan terwijl de boel staat te garen.
Fruit 1 gesnipperde ui en 2 fijngehakte teentjes knoflook in een scheut olie glazig. Snijd intussen 400 gram pastinaak in kleine stukjes en 1 prei in dunne ringetjes. Houd een handje van het preiwit apart en doe de rest van de groente bij de uien. Voeg zoveel water toe dat het mengsel net onder staat. Doe er meteen even 1 bouillonblokje bij. Breng aan de kook, en laat op zacht vuur garen tot de eerste pastinaakstukjes uit elkaar beginnen te vallen.
Thuis pureer je dan het mengsel met je staafmixer, maar op Texel houd je het simpel en stamp je de brokjes een beetje stuk, met een stokje of zo, zodat er wat zetmeel vrijkomt uit de pastinaak om de soep te binden.
Doe er zoveel mosterd in als je lekker vindt (dat verschilt per mens en per mosterd), breng op smaak met zout en peper, en garneer met het apart gehouden preiwit. Voor MasterChef-fans: dat zorgt voor de ‘crunch’.
Serveer met brood. Stoere mensen roeren dat er gewoon doorheen. Hele stoere mensen drinken er een Texelse Stormbock bij.
Gert-Jan Kooren, 2019
Supersnelle noedels
Wie kent ze niet, de pakjes instant noedels? Water erbij en je hebt een hartig soepje. Maar je kunt zo’n pakje ook gebruiken als basis voor een volledige en voedzame maaltijd. Dan gebruik je gewoon maar de helft water. Zelf heb ik onder in mijn fietstas altijd zo’n pakje noedels bij me als ‘noodrantsoen’. Voordeel is dat het maar weinig tijd (als je goochem bent hoef je niet eens iets te snijden!) en brandstof kost. En de kruiden en specerijen zijn al bijgevoegd in het pakje.
Voor 2 personen heb je nodig:
2 pakjes instant noedels (pakjes zijn meestal ongeveer 75 gram per stuk) in de gewenste smaak (kip, rundvlees, groenten enzovoort)
400 á 500 gram gemengde gesneden groenten (bijvoorbeeld verse gesneden nasi-, bami- of gewoon soepgroenten) eventueel iets van vlees
Kook half zo veel water als er op de verpakking staat. Doe de noedels erin, nog even de kook erover, maak een beetje los en zet weg (houd warm).
Bak in een ander pannetje in wat olie of boter eventueel iets van vlees, maar in ieder geval de groenten.
Roer de gare noedels erdoorheen en voeg de kruidige zakjes toe die bij de noedels zaten. Pas op met eventuele chilikruiden, die zijn soms superheet! Nog even doorwarmen en aan elkaar laten wennen en klaar ben je!
Alma Sargentini-Kraakman, 2020
Tabouleh voor twee fietsers
Als je fietskampeert zit er geen glas tussen jou en de omgeving. Die maak je dus van dichtbij mee.
Helaas is die van dichtbij meegemaakte omgeving soms behoorlijk zondoorstoofd, en na zo’n kokendhete dag staat uitgebreid kokkerellen niet boven aan mijn verlanglijst. Toch verwacht mijn lief dat ik iets lekkers en voedzaams in elkaar draai.
Gelukkig zit in de meeste mediterrane landen de peterselie niet in van die zielige supermarktzakjes, en zijn de tomaten er niet als waterbommen door een kas gejast. Tijd dus voor tabouleh. Makkelijk, snel en smakelijk.
Kook 200 gr bulgur gaar in 400 ml water (10 minuutjes).
Hak intussen 1 kleine ui en de blaadjes en de dunne steeltjes van 1 bos platte peterselie fijn, voeg 250 gram tomaten (in blokjes) toe, en meng er het sap van 1 citroen en een flinke scheut olijfolie doorheen.
Roer de gare bulgur rul en schep deze door het peterselie-mengsel. Maak op smaak af met een snufje zout.
Klaar! Honger gestild! Lief gelukkig!
O ja: dit recept werkt ook met couscous. Couscous is wel veel sneller gaar, dus doe al je hak-en-snijwerk voordat je de couscous gaart.
Gert-Jan Kooren, 2019
Tagliatelle
Je kunt vóór je uit het kamp vertrekt natuurlijk al je middaghapje klaarmaken. Maar je kunt het je ook gemakkelijk maken door na de laatste ontbijthap te vertrekken. Onderweg moet je dan langs de bakker, de groenteboer en/of de super. Wat koop je dan? Een lekker brood ( niet voorgesneden want dan worden het van die dunne sneetjes), één of twee blikjes sardines en een citroen. Daarbij ga ik ervan uit dat je peper in je kruidenzakje hebt zitten.
Tegen etenstijd, een lekker plekje zoeken, blikje(s) opentrekken, brood snijden, sardines erop met wat peper en wat citroen. Ja zeg, die koffie had je natuurlijk in de thermosfles mee genomen. ’s Avonds doen we het ook makkelijk.
Wel even wat aanschaffen tijdens de middag:
– een pak tagliatelle (lintmacaroni)
– 4 bosuitjes
– een bakje met 250 gram cottage cheese (Hüttenkäse)
– 1/2 bosje peterselie (ja, het is een goede smaakmaker)
– olijfolie
– peper, zout
Uit dat pak ca. 300 gram tagliatelle beetgaar koken en afgieten. In een grote pan, drie eetlepels olijfolie verhitten en daarin 4 bosuitjes (tot en met de groene delen in ringetjes gesneden) even bakken en daarna meteen de tagliatelle erbij. Als dat gebeurd is, dan kan de “kaas” erbij. Vervolgens “kookboekerig”: het geheel afmaken met peper en zout naar smaak.
Na afloop hadden we toch nog wat zin om te eten. Het was in Frankrijk, dus wat deden we: we sloten de maaltijd af met twee kleine kaasjes (rijpe brie en een mooi stukje ????. Dat laatste was een rauwmelkse kaas uit de omgeving van Besançon).
Jean-Pierre Bylard, 2002
Tagliatelle met gorgonzola
Bij mijn tandarts liggen van die ‘glossy’ tijdschriften. Trendies, AvantGarde, Résidence, ga zo maar door. Eenvoudige boerenstulpjes voor 2 miljoen euro, een héél sobere marmeren inrichting van de keuken voor een navenant bedrag, enzovoort. Toch kijk ik ze in, want wat moet je anders aan zo’n tafel? Ik lees dan selectief. Twee zaken hebben dan mijn aandacht: meubels (ideeën voor meubels voor mijn houtwerkplaats) en recepten. Nu, het komende recept heb ik daar niet uitgehaald. Anders staan 5 pitten op het fornuis er voor niets bij. Een pastagerecht. Macaroni, spaghetti en al dat kleine spul (vlinders, pijpjes, schelpjes) is voor de kampeerder een prachtig gerecht. Makkelijk klaar te maken, voedzaam en het smikkelt lekker weg. Wat hebben we nodig.
– spaghetti: pakweg 200 gr of meer als de twee eters hongerig zijn
– knoflook (een paar flinke tenen)
– 2 doosjes tuinkers (ik wilde eigenlijk waterkers hebben maar dat was niet voorradig)
– olie
– zakje gemalen kaas uit Parma (100 gr)
Spaghetti koken in ruim water met een beetje zout. Géén knoflook en olie in het water, die heb je straks nodig. De knoflook zo klein mogelijk maken, tuinkers van zijn voedingsbodem los knippen en met de Parmezaanse kaas in een bakje doen. Mengen en dan de olijfolie daarbij doen. Je krijgt dan een smeuïg papje. (Voeg eventueel nog wat olie toe als het te dik blijft, de olie is toch weer brandstof voor morgen). Inmiddels zal de spaghetti wel klaar zijn, deze afgieten en de knoflook-kaas en tuinkerssaus erdoor roeren. Naar eigen keus nog wat peper en/of zout erbij. De salade, ik had ‘m nog niet genoemd, heb ik klaar laten maken door mijn vrouw. En dat ‘feestje’? Nu, daar moet je maar niet naartoe gaan, want je ‘walmt’ naar knoflook. Anders word je een volgend feest, zonder knoflook, niet meer uitgenodigd.
Jean-Pierre Bylard
Tapas zonder afwas
In de juli-hittegolf van 2015 zat ik op Ouddorp, met meer tijd dan goed voor me was en lekkere trek. Ook meer dan goed voor me was. Een mooi moment dus voor gezonde kleine hapjes. En door slim hergebruik van verpakkingsmateriaal kon ik meer hapjes maken dan er bakjes in mijn minimale kampeerserviesje zitten.
Giet een klein potje tuinbonen af. Prak met een vork de tuinbonen in het potje fijn. Roer er 1 eetlepel Griekse yoghurt doorheen, een snufje zout en de inhoud van 2 zakjes muntthee (of een handje verse munt, natuurlijk).
Roer 2 teentjes ragfijn gehakte knoflook, een snufje zout en zo veel kleingesneden komkommer (zonder zaadlijsten) als er nog bij past door het bakje yoghurt waar je net een beetje ruimte in hebt gemaakt.
Zet de koude heerlijkheden opzij en hak een bosje bosui, 2 puntpaprika’s en 2 teentjes knoflook klein, fruit even aan en doe er een glas witte wijn bij, een bouillonblokje en een bakje groenteballetjes. Laat sudderen tot de paprika zacht is.
Snijd 1 beker snoeptomaatjes en 1 ui in stukjes. Vermeng met een handje fijngeknepen walnoot en een handje fijngesneden peterselie. Maak aan met olijfolie, citroensap en wat zout. Dien op in het schoongemaakte bakje van de groenteballetjes.
Peuzel op met (Turks) brood terwijl de hitte langzaam uit de lucht verdwijnt.
O ja: eigenlijk zijn dit geen tapas, maar mezze. Maar dat rijmde niet.
Gert-Jan Kooren
Te veel en te zwaar
Dat probleem leverde in een recept een pot Chicken Tonight Hawaï op. Een alternatief gezocht en gevonden. Het ‘officiële recept’ en het alternatief leverde nauwelijks een verschil in smaak op. Het alternatieve recept bevat daarentegen meer ‘vers’. Vooruit dus, de boodschappenlijst:
– 200 gram rijst (bijvoorbeeld pandanrijst: zeer smakelijk en geurig)
– 1 ui (grootte: tennisbal)
– boter of (olijf)olie
– 1 bakje champignons (een half bakje is al genoeg)
– 1 doosje quornstukjes (of 150 gr kipfilet)
– 1 klein blikje ananas op siroop
– 1 rode paprika
– 1 tube tomaten ketchup
– 1 handje rozijnen (= 50-60 gr)
– 1 banaan
– maïzena
De rijst koken volgens de aanwijzing. Niet de volle tijd gebruiken maar na even koken van het vuur af en in de slaapzak. Vergeet die flinke handdoek (of krant) er omheen niet. Onder het koken kunnen: de ui, de champignons, de ananas,de paprika (en de kipfilet) klein gemaakt worden. Zodra de rijst van de brander af, kan in een middelgrote pan de boter (ca. 50 gr) of een scheutje olie verhit worden en de uien erin fruiten. Na 2 minuten de champignons erbij, na 3 minuten de quorn (of filet) en weer 3 minuten later de ananas, paprika en de ketchup. Dat laatste in een hoeveelheid naar eigen smaak; ik gebruikte ong. 100 gr. Temper de vlam tegen het aanbranden en roer regelmatig om. Maak ondertussen met water wat maïzena aan en doe dit bij de vorige ingrediënten. Proef even en besluit tot eventueel toevoegen van wat ketchup en/of de ananassiroop. Daarna de banaan in plakjes en de rozijnen erbij, goed doorroeren en doorverwarmen. Het eindresultaat moet een goede saus zijn. Rijst uitpakken, doorroeren en opscheppen maar. Ananassiroop kan heel goed door de naturel yoghurt die als toetje wordt aanbevolen.
Tropische soep op de herfstige hei
Het was zwaarbewolkt boven de hei van Den Treek. De temperatuur had zich eindelijk aangepast aan de tijd van jaar, en die tijd was oktober. Een uitgelezen moment voor een verwarmende maaltijdsoep. Gelukkig was het kampvuur aan en bleef de regen uit, dus die soep hoefde niet uit een pakje te komen.
Fruit 1 ui, 2 tenen knoflook en 2 fijngehakte Spaanse pepers in een scheutje olie glazig. Doe er 200 gram minikrieltjes bij en fruit nog 5 minuten door. Giet er ½ l water met 1 bouillonblokje bij, breng het mengsel aan de kook en laat het ongeveer 5 minuten doorkoken (de krieltjes moeten beetgaar zijn).
Snijd 1 struik paksoi in stukken en gooi het grootste deel bij de soep-in-wording. Houd wat blad apart. Doe er ook nog 1 afgegoten blikje mais bij en ten slotte 250 ml kant-en-klare satésaus (een paar grote lepels satésaus-pasta kan natuurlijk ook; de Dirk in Leusden-Zuid heeft een ruime collectie). Meng alles goed door elkaar, en voeg eventueel nog wat water toe. Proef (voorzichtig, brand je mond niet aan de aardappels) en breng, indien nodig, op smaak met zout en peper.
Snijd het apart gehouden koolblad in reepjes en roer die vlak voor het opdienen door de soep.
Gert-Jan Kooren, 2017
`t Staat er gekleurd op
`Het oog wil ook wat’, zegt de kok. Een bordje `kleurig eten’ verhoogt de eetlust. De groenten maken het kleurenpaletje en bieden je tegelijkertijd de nodige vitamines. Een `eenvoudige doch voedzame maaltijd’ om nog maar eens met de `heer van stand’ te spreken:
Voor 2 personen:
– 160 gr rijst
– 250 gr half-om-halfgehakt of 150 gr geraspte kaas
– 1 flinke winterwortel of enkele bospeentjes in kleine blokjes
– 1 flinke prei in dunne ringetjes
– 1 rode paprika in kleine stukjes
– 200 ml water (= een kop vol)
– zakje kaassaus
Kook eerst de rijst (bijna) gaar, giet af en zet de gesloten pan in een slaapzak (in de slaapzak gaart de rijst nog wat na). bak het gehakt rul (met een beetje olie / boter). Zet even apart. Beetje olie of boter in de pan en de kleingesneden groenten ongeveer 3 minuten roerbakken. 200 ml water toevoegen en met deksel op de pan groenten beetgaar stoven. Niet afgieten! Zakje kaassaus toevoegen en goed roeren tot het geheel bindt. Als het mengsel te dik wordt, dan een beetje water toevoegen. Een minuutje laten pruttelen en dan het gerulde gehakt erbij. Even goed warm laten worden en … vergeet de rijst niet! Wanneer je geen vlees gebruikt, dan een ruime hoeveelheid geraspte kaas op het bord over het groente/kaassausmengsel strooien.
Tip: Rijstbuiltjes zijn wel handig, maar duur. Afgieten gaat heel gemakkelijk in een (plastic) zeef waar je de steel vanaf hebt gezaagd (ruimtebesparing).
Henk Trimbach, 2005
Uit het handje eten …?
Een salade met een Noord-Afrikaanse inslag. Ik ontving het heerlijke recept van Monique van Zomeren die erbij vermeldde dat een gegrild kippetje de maaltijd helemaal af maakt. Vegetariërs laten de kip uiteraard achterwege.
Voor 2 personen:
– 150 gram couscous
– 250 ml koud water
– sap van een halve sinaasappel en een halve citroen
– 3 eetlepels verse munt; fijngesneden
– 1 fijngesneden rode peper (zonder zaadjes)
– 3 teentjes knoflook
– 1 eetlepel olijfolie
– een halve rode paprika in heel kleine blokjes
– een halve komkommer in blokjes (zonder zaadjes)
– 10 zwarte pitloze olijven, gehalveerd
– 1 blikje maïs (uitgelekt)
– blokjes feta naar smaak
– 10 cherrytomaatjes, gehalveerd
– 2 eetlepels fijngesneden koriander
Wel de couscous in koud water. Af en toe met een vork losroeren. Maak een dressing van citroen- en sinaasappelsap, knoflook, peper, olijfolie en munt. Meng de dressing door de gewelde couscous en laat die nog 10 minuten staan. Dan de paprika, olijven, feta, maòs, komkommer, tomaatjes en koriander door de couscous scheppen. De schaal afdekken en minstens 1/2 uur laten staan (in de hoop dat u de salade fris kunt houden). Je hoort eigenlijk in een hand bolletjes te vormen van de couscous en die in je mond te schuiven, maar gewoon met een vork eten mag natuurlijk ook.
Henk Trimbach, 2006
Vers gevangen koolrabi
’s Winters kamperen is leuk, maar kamperen in de lente is fijner. Langere dagen, fluitender vogeltjes, mensvriendelijker buitentemperaturen en versere groenten die bovendien niet uit een kas of een ver land komen.
Tijd dus voor een maaltijd met lekker veel rauwkost – en dan bij voorkeur rauwkost uit Duitsland, waar bio-winkeltjes nog wel eens koolrabi uit eigen teelt te koop hebben. ’s Ochtends vroeg geoogst, dezelfde dag nog in het schap. Maak van een fietstocht rond Winterswijk, Ootmarsum of Eibergen (gastvrij lid) een koolrabi-jacht in Duitsland! Of ga gewoon naar een Nederlandse supermarkt …
Schil 1 spartelverse koolrabi, hak ‘m in tweeën en snijd de beide helften in lucifertjes. Meng met het sap van een halve citroen.
Snijd 1 frisse appel in kleine stukjes (lucifertjes is waarschijnlijk te ambitieus) en meng die door de koolrabi.
Rooster, onder voortdurend husselen, 100 gram zonnebloempitten in een droge koekenpan bruin. Roer ze direct uit de pan door de rauwkost.
Eet met niet al te subtiel belegd brood. Italiaanse bollen met pittige (vega)burgers, bijvoorbeeld.
Gert-Jan Kooren, 2020
Verwarmende curry voor de vroege lente
Ik ga graag naar het lentewerkweekend op De Slufter. Fijn op de duinhellingen ratelpopulieren de grond uit rossen, om zo de oorspronkelijke vegetatie weer een kans te geven.
Helaas wordt het ’s avonds al vroeg koud, en een kampvuur zit er op Texel niet in. Een goed moment dus voor een verwarmend gerecht dat bovendien snel klaar is. Zo blijft er tijd over voor een avondwandeling, bijvoorbeeld naar een uitspanning met een open haard en fraaie bieren.
Snipper 2 forse uien (elk ongeveer zo groot als een appel) en snijd 1 Spaanse peper in ringetjes.
Verwarm een scheut olie in een ruime pan, roer er 2 volle theelepels kerriepoeder en 2 volle theelepels gemalen komijn doorheen, en vervolgens de ui en de peper.
Laat het mengsel op laag vuur garen. Roer regelmatig om; door de kerrie zet het snel aan Doe er desnoods nog een beetje olie bij.
Voeg een heel klein blikje kikkererwten (200 gram), 2 in blokjes gesneden stevige appels (Elstar, bijvoorbeeld) en een handje ongezouten pinda’s toe, en laat goed doorwarmen. Niet te lang, want de appelstukjes moeten nog als zodanig herkenbaar blijven.
Maak op smaak af met zout, en dien op met rijst. Een beetje raita erbij maakt het helemaal af. Als het daar niet te koud voor is …
Gert-Jan Kooren, 2022
Variatiefrans
Dit is een variatie op de Franse uiensoep. Je hebt in je tentje natuurlijk geen gril”loven ter beschikking (trouwens in je caravan meestal ook niet), maar dat houdt nog niet in dat je de kaas achterwege moet laten. Die wordt dan weliswaar niet gegratineerd, maar kaassnippers op de soep smaken net zo lekker. En neem eens eventjes de tijd om zelf wat croutons te bakken.
Voor 2 personen:
– 250 à 300 gram ui
– 1 rode paprika
– 1 liter groentebouillon (van 2 tabletten)
– kaassnippers
– (vloeibare) boter of olie
– zout, peper
Snijd de ui in dunne halve ringen. Snijd ook de paprika in dunne reepjes. Fruit ui en paprika op laag vuur gedurende 10 minuten. Zet het vuur wat hoger en laat de uien goudbruin worden. Blijven omscheppen. Breng de uien en de paprika op smaak met (weinig) zout en peper. Blus af met de groentebouillon en laat nog 5 minuten pruttelen. Wanneer je enkele reepjes paprika achterhoudt, is dat samen met de kaassnippers lekker en mooi als garnering.
Nog oud brood over? Bak er wat croutons van in een koekenpan met een beetje olie of boter.
Een lekkere dikke snee volkorenbrood erbij en je hebt een heerlijke lunch, of neem nog een toetje en je avondmaaltijd is compleet.
Henk Trimbach, 2011
Verminderd kleefrisico
Mijn lief en ik zijn nogal van de muntthee. Onderweg te nuttigen, op het terras van handig aan onze fietsroute gelegen uitspanningen. Bij die muntthee krijg je altijd kuipjes of stickjes honing, die je vervolgens niet laat liggen. Je hebt er immers voor betaald! En vervolgens rijd je weken rond met een aanzienlijk kleefrisico in je stuurtas … Hoog tijd dus om die voorverpakte zoetigheid voor een goed doel aan te wenden.
Hak 1 ui en 2 teentjes knoflook fijn, en fruit die op niet te hoog vuur in een forse plens olijfolie glazig.
Snijd 2 rode puntpaprika’s in kleine stukjes en voeg die, samen met een snuf zout en een scheutje water, bij het uimengsel. Doe de deksel op de pan en laat alles rustig garen.
Voeg, als de paprika beetgaar is, een groot blikje tomatenpuree (140 gram), een pureeblikje water en 30 gram honing (2 kuipjes of 4 stickjes) toe.
Laat nog even doorwarmen, en kruimel er dan 2 handjes walnoot doorheen.
Maak op smaak af met peper en zout, en serveer met rijst en een frisse groene salade. Eventueel met een beetje munt erin.
Gert-Jan Kooren, 2021
Waarom geen bruinebonensoep
Een eenvoudig recept voor bruinebonensoep. In principe vegetarisch, maar door toevoeging van spekblokjes en/of rookworst is he t een goede maaltijdsoep voor vleeseters. Uiteraard kan de soep ook met witte bonen, kidneybonen, linzen of kapucijners gemaakt worden. Prima maaltijd voor een frisse avond op het kampeerterrein.
Voor 2 personen:
Doe 150 gram van een half blik bruine bonen (ongeveer 200 ê 250 gram) met het vocht in een pan. Voeg 400 ml water, twee laurierblaadjes en een flinke prei (gewassen en in halve ringen gesneden) toe. Breng aan de kook en laat gedurende 15 minuten zachtjes doorkoken.Fruit twee gesnipperde uien in wat boter met een theelepel kerriepoeder. Voeg de uien bij de bonensoep en doe er ook nog wat gesneden bladselderij bij. Laat de soep nog even zachtjes doorkoken en doe er op het laatst de rest van de bruine bonen bij. Maak op smaak met peper en zout.
Wanneer je de bruine bonensoep met vlees wilt eten, dan spekblokjes of -reepjes apart uitbakken en op het bord bij de soep doen. Je kunt ook een rookworst verwarmen, in plakjes snijden en op het bord bij de soep doen.
Henk Trimbach, 2014
Wentelteefjes speciaal
Een voedzaam en lekker lunchgerecht deze keer. En eh, ongezond lijkt het me ook niet!
Het was feest wanneer ik jaaaaren geleden tussen de middag uit school thuiskwam en ik de kaneel-, boter- en eiergeur buiten al rook. Wentelteefjes! Eigenlijk maak ik ze, sinds ik getrouwd ben (en dat is ook al heel wat jaren) te weinig.
Wentelteefjes naturel zijn al heerlijk, maar dit extra rijke oer-Hollandse product is een ware streling voor de tong.
Voor 2 personen:
Ontdoe vier sneetjes wit (casino)brood van de korstjes en leg ze in een mengsel van een losgeklopt ei met 125 ml melk en een halve theelepel kaneelpoeder. Bak de sneetjes om en om gedurende ongeveer 4 minuten in een ruime (koeken)pan in wat boter. Roomboter is bij dit recept natuurlijk het lekkerste. De wentelteefjes moeten goudbruin worden. Bestrooi de wentelteefjes met bruine basterdsuiker en beleg ze ruim met rood fruit. Rood fruit is vaak gesorteerd in bakjes te koop in de supermarkt of bij de groenteman. Serveer met een flinke klodder halfvast geslagen gesuikerde room erbovenop.
Henk Trimbach, 2014
Winterkost met woestijnvruchten
Ik kook graag op een Trangia. Spiritus is bijna overal te krijgen, en bovendien wordt je lief (en de rest van het kampeerterrein) niet wakker van woeste raketgeluiden als je ‘s ochtends koffiezet. Helaas vereist dit gerecht iets meer vuurkracht. Tijd om de benzinebrander op te starten dus. Of het kampvuur.
Maak 500 gram spruitjes schoon. Giet een stevige plens olie in een koekenpan, en bak de spruitjes 5 minuten op matig vuur. Hussel ze zo af en toe even om.
Zet het vuur hoog en giet 1 flesje bockbier en een snufje zout bij de spruiten. Laat het bier inkoken. Dit duurt ongeveer 10 minuten. Snijd 75 gram ontpitte dadels en hak 50 gram gebrande blanke amandelen in grove stukken. Voeg ze, als het bier bijna ingekookt is, toe aan de groente.
Haal de pan na het inkoken direct van het vuur, anders verandert de gekaramelliseerde suiker uit het bockbier in kool. En dat is niet alleen verre van smakelijk, het betekent ook dat je de pan nooit meer schoon krijgt. Zélfs niet op de nieuwe afwasplekken …
Roer, van het vuur, 75 gram verbrokkelde overjarige nagelkaas door het groentemengsel en maak, indien nodig, op smaak af met wat zout.
Lekker met couscous. Of met smeuïge aardappelpuree, als je het liever iets Hollandser houdt.
Gert-Jan Kooren, 2017